Een meerderheid van de Tweede Kamer stemt in met het besluit van minister Verdonk (Vreemdelingenzaken) om het speciale beschermingsbeleid dat voor hen tot nu toe geldt, af te schaffen. Dat bleek woensdag tijdens een Kameroverleg.Verdonk zei dat ze aan de slag gaat met de voorbereidingen voor gedwongen terugkeer. „Maar we sturen niet zomaar iedereen terug. De individuele toetsing voor een vluchtelingenstatus blijft bestaan.”

De regeringspartijen CDA en VVD en oppositiepartij LPF hebben geen problemen met het verscherpte asielbeleid voor Irakezen.

Coalitiepartij D66 en de linkse oppositie zijn fel tegen en vinden het onbestaanbaar dat Nederland mensen terugstuurt naar een land waar nog erg veel geweld is. Ze wijzen erop dat de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR terugkeer afraadt, zelfs als dat vrijwillig is.

In hun ogen laat Verdonk zich leiden door andere EU-landen, terwijl het advies van de UNHCR de leidraad zou moeten zijn. Ook geeft het ambtsbericht van Buitenlandse Zaken van eind januari over Irak geen verbetering aan in Centraal-Irak, aldus de tegenstanders.

Centraal-Irak, inclusief Bagdad, geldt als het gevaarlijkste deel. Noord-Irakezen worden al langer teruggestuurd. Het zuiden is het veiligst.

De bewindsvrouw erkende dat zij haar asielbeleid afstemt op het strengere beleid in andere landen en dat ze daarmee een stijgende instroom van Irakezen naar Nederland wil keren. Vorig jaar meldden zich meer Irakezen in Nederland: 1600 tegenover ruim 1000 in 2004.

Uit een steekproef bleek dat de helft van de Irakezen het eerst tevergeefs in Duitsland had geprobeerd. Dat mag niet volgens de Europese regels, dus worden zij weer teruggestuurd naar Duitsland.