Binnenland

Ook flankpositie brengt D66 geen electoraal succes

DEN HAAG (ANP) – In de veertig jaar dat D66 bestaat, heeft de partij vijf maal deel uitgemaakt van een kabinet. In de jaren ’70 van het kabinet–Den Uyl, begin jaren ’80 van Van Agt–2 (plus het kortstondige kabinet Van Agt–3), in de jaren ’90 van Paars–1 en –2 en sinds 2003 van Balkenende–2.

18 January 2006 14:28Gewijzigd op 14 November 2020 03:23

Electoraal is de partij daar weinig mee opgeschoten. Na elke kabinetsdeelname volgde een, soms zware, verkiezingsnederlaag. Gewonnen werd er alleen na een oppositieperiode, zij het ook lang niet altijd.Toen D66 (met inmiddels nog maar zes Tweede Kamerzetels) zich een kleine drie jaar terug opmaakte om opnieuw in een kabinet te stappen, verwachtte de partijtop dat het deze keer anders zou gaan. Tot dusver, zo redeneerde fractievoorzitter Boris Dittrich, was zijn partij altijd onderdeel geweest van een coalitie waarin ze een centrumpositie innam. Ze werd geflankeerd door het CDA of de VVD op rechts en door de PvdA op links. Door die ’brugfunctie’ slaagde D66 er onvoldoende in zich in de kijker te spelen.

Maar in Balkenende–2 zou de partij een flankpositie bezetten: de linker, naast CDA en VVD op rechts. Daardoor zou de partij voor de kiezers veel zichtbaarder zijn dan in de eerdere coalities waarvan ze lid was.

In theorie klonk dat mooi, maar de praktijk viel tegen. Al snel bleek bij de kiezers weinig steun te bestaan voor de harde saneringsmaatregelen van het kabinet. D66 kon zich niet van het in het regeerakkoord vastgelegde beleid distantiëren en deelde in de electorale malaise.

Tot overmaat van ramp slaagden de democraten er niet in de ‘hoofdprijs’ die ze bij de kabinetsformatie hadden weten te bedingen ook te verzilveren. Door toedoen van oppositiepartij PvdA sneuvelde het plan voor een gekozen burgemeester maart vorig jaar in de Eerste Kamer. D66–vicepremier Thom de Graaf trad af.

D66 had er op dat moment voor kunnen kiezen uit de coalitie te stappen, maar deed dat niet. In plaats daarvan ging de partij op zoek naar nieuwe profileringsmogelijkheden. Vooral de opvolger van De Graaf, de ambitieuze Alexander Pechtold, deed de afgelopen maanden erg zijn best.

Hij pleitte voor een discussie over de hypotheekrenteaftrek, toonde zich voorstander van het legaliseren van softdrugs, uitte kritiek op het antiterreurbeleid van zijn CDA–collega Donner en gaf voortdurend af op de stroperige cultuur in politiek Den Haag. Maar behalve ergernis bij de coalitiegenoten heeft het optreden van Pechtold D66 nog niet veel opgeleverd.

Het ‘njet’ tegen de militaire missie naar Afghanistan lijkt, met de gemeenteraadsverkiezingen voor de deur, een nieuwe poging van de democraten om zich te onderscheiden en daardoor de kiezer gunstig te stemmen. En deze keer zijn ze wel bereid uit het kabinet te stappen, hebben ze laten doorschemeren.

Mocht dat gebeuren, dan kan D66 zich waarschijnlijk opmaken voor een langdurig verblijf in de oppositiebankjes. Misschien verlangen veel D66’ers daar stiekem wel een beetje naar. Want na twaalf jaar bijna onafgebroken regeringsverantwoordelijk lijkt de partij nauwelijks nog een zetel over te houden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer