Rechtbank laat Hofstadverdachte vrij
AMSTERDAM (ANP) – De rechtbank heeft donderdag de 27–jarige Rachid B., verdacht van lidmaatschap van de Hofstadgroep, op vrije voeten gesteld. B. werd vorig jaar op 2 november gearresteerd. De rechtbank verwacht dat hij met de ruim dertien maanden detentie zijn straf erop heeft zitten, als er al een straf opgelegd wordt.
B.’s raadsman, P. Plasman, verwacht dat zijn cliënt uiteindelijk helemaal zal worden vrijgesproken. B. was een goede vriend van Mohammed B., de moordenaar van Theo van Gogh. B. zegt niets van de moordplannen van Mohammed B. te hebben geweten. Ook ziet hij zichzelf niet als extremist.De beslissing van de rechtbank B. definitief vrij te laten kwam als een verrassing. Advocaat Plasman had om een tijdelijke vrijlating (schorsing) uit het voorarrest gevraagd. De raadsman betoogde dat B. zich niet schuldig heeft gemaakt aan enig misdrijf en dat het Openbaar Ministerie (OM) „veel gewicht heeft toegekend aan de vertrouwensband met Mohammed B”.
Dat er sprake is geweest van een vertrouwensband tussen Rachid en zijn vriend Mohammed is zonneklaar. Ongeveer een week vóór de moord op Van Gogh overhandigde Mohammed een aantal enveloppen aan Rachid, voor het geval hem – Mohammed – iets zou overkomen. Een van de enveloppen moest Rachid aan een medeverdachte in de Hofstadzaak geven. Ook kreeg hij een laptop, die hij aan de familie van Mohammed moest doorgeven. Rachid zou zijn vriend wel hebben gevraagd wat zijn bedoelingen waren, maar daar zou Mohammed geen concrete antwoorden op hebben gegeven. Een van de enveloppen bevatte Mohammeds testament.
Rachid vergezelde Mohammed met nog twee anderen op 1 november, de avond voor de moord op Van Gogh. Het gezelschap maakte toen een wandeling rond de Sloterplas in Amsterdam. Ook toen zou er niets zijn gebleken van de even uitgewerkte als gruwelijke plannen van Mohammed. Toen op 2 november het nieuws rond de moord losbarstte, vreesde Rachid wel dat zijn vriend de dader was, op basis van beschrijvingen die weldra bekend werden. Hij ging toen kijken bij de woning van Mohammed in Amsterdam–West en werd aangehouden.
Rachid bezocht ook de huiskamerbijeenkomsten in het huis van Mohammed, waar de jihad gepredikt zou zijn, door Mohammed B. en door de veronderstelde geestelijk leider van de groep, de voortvluchtige Syriër Redouan al I. Die bijeenkomsten baarden Rachid geen zorgen. „Ik heb nooit wat van de jongens gehoord dat erop zou kunnen wijzen dat zij aanslagen wilden plegen”. Van Mohammed B. had hij evenmin verwacht dat die zulk ernstig geweld zou gaan gebruiken. Mohammed vertrouwde Rachid zijn nalatenschap toe, omdat hij niet verwachtte dat Rachid zou worden opgepakt. Rachid „paste niet in het profiel van de AIVD”.
Officier van justitie K. Plooy had Rachid B. achter slot en grendel willen houden. Hij vervulde in de ogen van de officier een „ondersteunende rol” binnen de vermeende terroristische organisatie en kreeg veel extremistisch materiaal van Mohammed B. Volgens Plooy heeft Rachid zich nooit gedistantieerd van dit gedachtegoed.
Van de veertien verdachten van de Hofstadgroep zijn er momenteel vier op vrije voeten. Het proces wordt vrijdag voortgezet.