Dat blijkt uit het Verslag Fondsenwerving 2004 van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF), dat donderdag wordt gepresenteerd. Het CBF baseert de cijfers op de gegevens van 546 grote, middelgrote en kleinere organisaties die op landelijke schaal geld inzamelen voor goede doelen. Zij omvatten met elkaar 90 procent van het totale aantal organisaties dat landelijk actief is.Goededoelenorganisaties gaven in 2004 in totaal voor 2,9 miljard euro uit. De middelgrote organisaties -met jaarinkomsten tussen de 2,5 en de 12,5 miljoen euro- vertoonden procentueel de grootste groei. De kleinere organisaties hebben het, net als in 2003, moeilijk gehad.

Met de 20 miljoen euro aan extra opbrengsten uit eigen wervingsacties zoals donaties, eigen loterijen en mailingacties, wordt de daling van de hoeveelheid ingezameld geld die in 2003 inzette een halt toegeroepen. Dit effect wordt echter volledig ongedaan gemaakt omdat de goede doelen steeds meer geld aan de organisatie van hun acties kwijt zijn. „De wervingskosten stijgen meer dan de baten”, leert het jaaroverzicht. „Het was dus nodig om naar verhouding meer wervingskosten te maken om een bepaald resultaat te boeken.”

Volgens CBF-directeur Jos Zwartjes zijn er meerdere factoren die een rol kunnen spelen bij de stijging van de wervingskosten. „Door de gestegen inflatie zijn de instanties bijvoorbeeld meer geld kwijt voor hun organisatie. Ook de televisiespotjes om bepaalde doelen onder de aandacht te brengen, worden duurder.”

Veel organisaties krijgen wel steeds meer geld binnen via andere stromen. „Die groei komt met name op rekening van overheidssubsidies, die ook dit jaar weer verder toenemen”, aldus het CBF. „Dit is een weerspiegeling van het overheidsbeleid om niet-gouvernementele organisaties bij de realisatie van het beleid te betrekken.”

Uit onderzoek in opdracht van het CBF blijkt dat 76 procent van de ondervraagden vertrouwen heeft in kleine charitatieve instellingen, 72 procent in grote organisaties en 77 procent in het CBF-Keur. Ter vergelijking: accountants halen 59 procent vertrouwen, de media 51 procent, grote bedrijven 50 procent en de overheid 49 procent. Van de ondervraagden stelt 39 procent vorig jaar minder gunstig te zijn gaan denken over goede doelen.

Het publiek let bij de beoordeling van het vertrouwen vooral op een heldere verantwoording van de geldbesteding, de professionaliteit van de organisatie en de kwaliteit van het extern toezicht.

G. Verbeek van het Instituut voor CultuurEthiek zei gisteren bij de presentatie van zijn boek over dilemma’s in christelijk ontwikkelingswerk dat rijke westerlingen eerder hun portemonnee trekken voor een duurzaam inkomen of de organisatie van een goed bestuur dan voor zaken waar inwoners van derdewereldlanden zelf om vragen, zoals voedsel en dekens. De bijeenkomst in Putten vormde de afsluiting van een project van Prisma, een samenwerkingsverband van christelijke ontwikkelingsorganisaties.