Het Kamerlid Hamer (PvdA) rekende voor dat het mede door minister Van der Hoeven (Onderwijs) en staatssecretaris Van der Laan (Media) gelanceerde plan de zesde of zevende overheidsactie in twintig jaar is om functioneel analfabetisme terug te dringen. Het laatste plan omvat een investering van 20 miljoen euro in de komende vijf jaar. Preventie van laaggeletterdheid is een van de speerpunten van het plan.Een op de tien Nederlanders kan niet voldoende lezen en schrijven. Daardoor kunnen ze de moderne ontwikkelingen van de kenniseconomie niet bijbenen. Een groot deel van het onderwijs, van vroegschoolse educatie tot lerarenopleiding, is bij het offensief betrokken. Verder wil Rutte het aantal werkgevers vergroten dat actief bijdraagt aan de bestrijding van laaggeletterdheid.

Rutte signaleerde dat de taalvaardigheid bij leerlingen van het voortgezet onderwijs afneemt. Hij schrijft dat toe aan de toename van wat hij noemt het aantal „taalarme milieus" en het aantal gezinnen met problemen. Op verzoek van de Kamer om cijfers daarover bleef de bewindsman het antwoord schuldig.

De Kamer heeft twijfels over de ambitie van Rutte om tenminste 12.500 laaggeletterden jaarlijks naar een cursus lezen en schrijven te lokken. Nu zijn dat er een slordige 5000; het aantal is de laatste jaren gedaald.

Balemans (VVD) wees er verder op dat twee derde van de laaggeletterden van Nederlandse afkomst is. Aasted–Madsen (CDA) maakte zich zorgen over de ongeletterdheid op het platteland. Jungbluth (GroenLinks) wenste een gerichte inspanning om de leesprestaties van 14– en 15–jarigen in 2010 op te krikken.

Rutte wil dat gemeentes en provincies ook actieplannen opstellen. De bestuurders op dat niveau moeten daarbij steun krijgen van scholen, werkgevers en bibliotheken. „Geld is niet het probleem", aldus de bewindsman, die bij een eerder aanvalsplan niet in miljoenen maar in tonnen mocht rekenen.