Dit heeft de gemeenteraad van den Haag donderdagavond besloten naar aanleiding van het raadsvoorstel om de openingstijden voor winkels te verruimen. Ondanks de tegenstemmen van CU/SGP, CDA, SP, GroenLinks, PPS en Leefbaar Den Haag, was een meerderheid van het van de raad voor het voorstel.CU/SGP-fractievoorzitter W. Pijl zei tegen de zondagsopenstelling te zijn op grond van het vierde gebod. „Gods Woord verbiedt om te werken op de wekelijkse rustdag. We moeten Gods geboden niet opzij schuiven voor economische voordelen en ongebreidelde consumptiedrang.”

Volgens CDA-raadslid A. A. Lutter zorgt het voorstel voor een oneerlijke concurrentiepositie van kleine detaillisten. „Kleine ondernemers kunnen het zich niet veroorloven om extra geld uit te trekken voor personeel. Als zij besluiten om de winkel niet op zondag te openen, leidt dat voor hen tot grote omzetderving.”

Om het voorstel wettelijk mogelijk te maken, wijst de gemeente heel Den Haag aan als toeristisch gebied. „Bezienswaardigheden, attracties en natuurschoon zijn immers overal in de stad te vinden”, aldus de gemeente. Tot voor kort was het toeristisch gebied in Den Haag beperkt tot de stadsdelen Centrum en Scheveningen.

Het voordeel van de verruiming van de openingstijden is dat het aantal uitzonderingssituaties in de stad verder wordt teruggedrongen, stelt de gemeente. „In heel Den Haag geldt nu dezelfde winkeltijdenverordening, daardoor is toezicht op de handhaving daarvan overzichtelijker.”

De gemeente stelt nadrukkelijk dat de openstelling van winkels op zon- en feestdagen geen verplichting is. Wethouder P. van Woensel van Economische Zaken: „De ondernemer bepaalt zelf hoe vaak en wanneer hij de winkel openstelt.”

De komende drie jaar zal er jaarlijks een evaluatie plaatsvinden. Hierbij kijkt de gemeente onder andere naar de effecten van de winkeltijdenverruiming voor ondernemers en de gevolgen voor de werkgelegenheid. Ook de controle op de naleving van de nieuwe openingstijden wordt geëvalueerd.