Op de bres voor de jeneverbes
Landschapsbeheer Nederland organiseerde zaterdag voor de vijfde keer samen met andere natuurorganisaties de nationale Natuurwerkdag. Belangstellenden konden zo kennis maken met natuur- en landschapsbeheer.
In Drenthe zorgde Landschapsbeheer Drenthe voor de coördinatie van deze dag. Op 25 verschillende plaatsen door de hele provincie werden natuurterreintjes opgeknapt. Een van de locaties was jeneverbesstruweel de Palms bij Meppen. Onder de bezielende leiding van ’”Waggel Jan” werden bomen gekapt en plaggen gestoken.
Per huifkar werden ruim zestig vrijwilligers, variërend in leeftijd van zeven tot zeventig jaar, naar de 5 hectare grote locatie in Meppen (gemeente Coevorden) gebracht. De jeneverbes wordt ook wel de cipres van het noorden genoemd. Jeneverbesstruweel de Palms is een unieke locatie in Nederland. Het is een van de plaatsen in Drenthe waar de beschermde groene struik te vinden is. De afgelopen zestig jaar komen er echter weinig tot geen nieuwe struiken bij, waardoor de bes met uitsterven wordt bedreigd. Reden genoeg om er extra aandacht aan te besteden, aldus coördinator Pieter Posthumus.
Meppen is een jeneverbesdorp bij uitstek. De bewoners van Meppen zijn nauw betrokken bij de jeneverbes of palm, zoals de bes in Drenthe wordt genoemd. Van oudsher werden de takken in het dorp gebruikt voor versieringen tijdens bruiloften en dorpsfeesten.
Traditiegetrouw klinkt bij aankomst op de locatie de boerhoorn. Deze hoorn werd in vroegere dagen geblazen om mensen op te roepen deel te nemen aan gemeenschappelijke klussen. De meeste vrijwilligers zijn inwoners van Meppen. „Logisch”, zegt Posthumus, „de inwoners hebben een band met dit gebied. Al van kleins af aan speelden zij hier en nu komen ze hier met hun kinderen. Ze voelen zich sterk verantwoordelijk voor hun bes.”
Een als zwerver uitgedoste man, bekend onder de naam Waggel Jan, verwelkomt de vrijwilligers. In zijn kielzog zijn vrouw Annegie, eveneens uitgedost in kleding uit lang vervlogen tijden. Sinds eind negentiende eeuw is de zwerver een bekende verschijning in Meppen en omgeving. Hij dankt zijn bijnaam aan het feit dat hij jeneverbessen verzamelde. De jeneverbesstruik, in de streek ook wel waggelbossie genoemd, leverde hem de naam Waggel Jan op.
Samen met vrouw Annegie geeft hij een spoedcursus takken knippen, bomen zagen en plaggen steken. De aanwezige kinderen, getooid met werkhandschoenen en snoeischaren, doen niet voor de volwassenen onder. „Het is best wel spannend om takken weg te knippen en weg te brengen”, zegt de 5-jarige Sanne.
Even later klinkt er gejuich. Tussen de heideplanten wordt een jonge jeneverbes ontdekt. Het struikje wordt gemarkeerd met een lint om te voorkomen dat het tijdens de werkzaamheden sneuvelt. „Dit is het beeld wat we graag willen zien. Hoe meer jonge struiken, hoe groter de kans dat de jeneverbes niet verdwijnt uit het Drentse landschap. Daar doen we het tenslotte voor”, zegt Posthumus.
Op 265 locaties door heel het land kon zaterdag worden gewerkt aan de natuur. In totaal hielpen 10.000 vrijwilligers mee. Tijdens de eerste editie van de natuurwerkdag in 2001 waren dat er iets meer dan 1000.