Binnenland

Vader Van Gogh roemt aandacht na moord

AMSTERDAM - Johan van Gogh, vader van Theo van Gogh, uitte woensdagmiddag zijn lof over alle aandacht die de moord op zijn zoon heeft gekregen. „Er ging geen dag voorbij of er werd over Theo geschreven, ook door de internationale pers. Zelfs president Bush noemde zijn moeder in een toespraak.”

Binnenlandredactie
3 November 2005 11:30Gewijzigd op 14 November 2020 03:08

Vader Van Gogh sprak voorafgaand aan een discussiebijeenkomst in het kader van een jaar na de moord op de filmmaker. Hij bedankte het openbaar ministerie, dat zich in het proces tegen de moordenaar, Mohammed B., „zeer tegemoetkomend heeft getoond.”Op de bijeenkomst waren ook Theo’s moeder, burgemeester Cohen, Tweede Kamerlid Hirsi Ali, minister Verdonk (Integratie) en korpschef Welten van Amsterdam aanwezig. De zoon van Van Gogh, Lieuwe, en zijn moeder Heleen lieten verstek gaan.

Een herdenkingsdebat woensdagavond in hotel Arena verliep volgens insiders te lief. „Denken jullie nu echt dat Theo hier blij mee zou zijn? Ga ervoor, dit is allemaal veel te zacht!”, zei Theodor Holman, schrijver en vriend van Theo van Gogh. Termen als ”met elkaar praten”, ”durf te zeggen wat je denkt, maar wel op een beschaafde manier” en ”zoek contact met elkaar” kwamen het meest voor.

Niet alleen Holman, ook burgemeester Cohen vond het allemaal te lief. „De mensen die hier zitten, hebben allemaal het beste voor met Amsterdam en die doen ook hun best. Ik had gehoopt op meer felheid. Je moet niet laf weglopen, maar dingen benoemen.”

Op een discussieavond in een buurthuis in Amsterdam-Oost ging het over de kloof tussen allochtonen en autochtonen. Een moslima zei het moeilijk te vinden om aan een baan te komen. „Als ze mijn hoofddoek zien, is het afgelopen.”

Volgens een andere allochtone vrouw discrimineren Nederlanders moslims. Die uitspraak leverde veel weerstand op. „We moeten niet generaliseren, dus dan moet u het ook niet doen”, antwoordde een buurtbewoner.

Er is geen bewijs voor een eenzijdige bijdrage van de media aan de maatschappelijke escalatie na de moord op Van Gogh. Dat blijkt uit een onderzoek van twee politicologen van de Universiteit van Amsterdam, dat zij woensdag presenteerden. De onderzoekers stellen vast dat de media in de periode na de moord op de cineast juist terughoudend en zelfkritisch waren.

De herdenking van Van Gogh begon woensdagochtend in de Amsterdamse Linnaeusstraat, op de plaats van de moord. Onder anderen premier Balkenende en burgemeester Cohen voerden het woord.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer