Buitenland

Nog 800.000 Pakistanen zonder onderdak

RAWALPINDI - De Verenigde Naties hebben zondag opnieuw gemaand tot spoed bij de hulpverlening aan de overlevenden van de aardbeving in Pakistan, waar twee weken na de ramp en kort voor het invallen van de winter nog 800.000 mensen geen enkele beschutting hebben tegen regen, kou of sneeuw.

Buitenlandredactie
24 October 2005 11:41Gewijzigd op 14 November 2020 03:05

Duizenden levens staan op het spel, zei VN-coördinator Rashid Kalikov in Muzaffarabad, de verwoeste hoofdstad van het Pakistaanse deel van Kasjmir. „De omvang van deze ramp is groter dan enig land aankan”, zei hij.De Amerikaanse generaal John Abizaid kondigde aan dat binnenkort elf Chinook-helikopters de hulpverlening gaan versterken. Er zijn al zeventien Amerikaanse helikopters ingezet, evenals de enige mobiele chirurgische kliniek van het Amerikaanse leger.

Ook al-Qaida heeft opgeroepen tot hulp aan de slachtoffers van de aardbeving in Pakistan, ondanks de verbondenheid van de regering van president Pervez Musharraf met de Verenigde Staten in de strijd tegen het terrorisme. „U moet zo veel hulp aan de slachtoffers geven als u kunt, ongeacht Musharrafs banden met de Amerikanen”, zei Ayman al-Zawahri, de rechterhand van Osama bin Laden, in een videoboodschap die werd uitgezonden door de Arabische televisiezender al-Jazeera. Het Pakistaanse ministerie van Buitenlandse Zaken wilde geen commentaar geven op de oproep van al-Qaida, net zo min als minister van Informatie Sjeik Rashid Ahmed, de officiële regeringswoordvoerder.

Het aantal doden in het Pakistaanse deel van Kasjmir en de aan Afghanistan grenzende provincie ”Northwest Frontier” wordt nu officieel geschat op 78.000. In het Indiase deel van Kasjmir vielen 1350 doden. In het getroffen gebied zijn sinds 8 oktober honderden naschokken geregistreerd. Bij een naschok zondag, met een magnitude van 6, werden in Pakistan geen nieuwe slachtoffers gemeld, maar wel vijf doden in de Afghaanse provincie Zabul.

Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) heeft zaterdag de Pakistaanse autoriteiten ervan beschuldigd hulpgoederen voor de slachtoffers van de aardbeving van 8 oktober achter te houden. Islamabad spreekt de aantijgingen tegen.

Volgens HRW worden onder meer tenten en dekens niet uitgedeeld aan de mensen die ze nodig hebben, maar opgeslagen in Muzzafarabad, de hoofdstad van het Pakistaanse deel van Kasjmir. Civiele autoriteiten die onder toezicht van het Pakistaanse leger werken, zouden daarvoor verantwoordelijk zijn.

Een woordvoerder van de Pakistaanse hulpdiensten zei de beschuldiging te zullen onderzoeken. Hij gelooft echter niet dat mensen in het rampgebied geen hulp krijgen omdat op grote schaal goederen worden achtergehouden. Wel erkende hij dat er sprake kan zijn van „een of twee incidenten” waarbij dit wel het geval is.

Directeur H. Blocks van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) pleit voor een financiële buffer om snel noodhulp te kunnen verlenen na een ramp. „We moeten creatief zijn in hoe je heel snel geld beschikbaar hebt. Een ramp als nu in Pakistan brengt op den duur heus wel 50 tot 100 miljoen euro aan inzamelingen op, maar de eerste paar dagen hebben we 10 tot 20 miljoen direct nodig”, aldus Blocks zaterdag op BNR Nieuwsradio.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer