Dat stelt staatssecretaris Nicolaï donderdagochtend in een opiniestuk in de Volkskrant.De kans bestaat dat Pamuk op 16 december moet terechtstaan voor een interview dat hij begin dit jaar gaf aan een Zwitserse krant. Daarin zei hij dat in Turkije 30.000 Koerden en een miljoen Armeniërs zijn vermoord, „maar bijna niemand durft daarover te spreken, behalve ik.” Die uitspraak kan hem wegens belediging van de Turkse nationale identiteit op drie jaar gevangenisstraf komen te staan.

De EU moet zich volgens Nicolaï „tot het uiterste inspannen om te voorkomen dat Pamuk en anderen zoals hij in Turkije monddood worden gemaakt.” Het is „onaanvaardbaar als in een land dat lid van de EU wil worden iemand de mond wordt gesnoerd”, aldus de staatssecretaris. „In Europa moet je je vrij kunnen uitspreken.”

Mocht het onverhoopt toch tot een veroordeling komen, dan „zal dat zeker zijn uitwerking niet mogen missen op de onderhandelingen” over de toetreding van Turkije tot de EU, dreigt Nicolaï. Verder stelt hij dat het van belang is dat Turkije wat de Armeense genocide aangaat, met zijn verleden in het reine komt. Een vrije en open gedachtewisseling kan dat proces bespoedigen, denkt de staatssecretaris. „Ook om die reden is vrijheid van meningsuiting onontbeerlijk.”

Een Kamermeerderheid van CDA en PvdA is het met Nicolaï eens. Nederlandse politici hopen dat een rechtszaak kan worden vermeden.