„Palliatieve zorg is ieders recht”
DEN HAAG - „Nabestaanden zeggen nog te vaak: Had ik maar eerder geweten dat er ook palliatieve zorg was.” Dat zegt Corry van Tol van het Netwerk Palliatieve Zorg Terminale Patiënten in Nederland (NPTN).
Morgen doet Nederland mee aan de op initiatief van de NPTN georganiseerde Internationale dag van de palliatieve zorg. Vandaag gaf Van Tol staatssecretaris Ross alvast een toelichting.„Deze zorg is het recht van iedereen”, zegt Van Tol. Dat zo veel nabestaanden de palliatieve zorg pas achteraf ontdekken, komt volgens haar doordat mensen pas gaan nadenken over hun levenseinde „als ze met de dood worden geconfronteerd.”
Het gevolg is volgens haar dat mensen onnodig lijden aan het vooruitzicht een eenzame, pijnlijke dood te moeten sterven. En dat terwijl een liefdevolle verzorging tot aan het graf wel degelijk mogelijk is.
De Internationale dag van de palliatieve zorg moet duidelijk maken wat de sector zoal te bieden heeft: van verzorging en stervensbegeleiding thuis, tot verzorging in een hospice, een bijnathuishuis of een palliatieve unit van een verpleeg- of ziekenhuis. „Door de dag te organiseren, hopen we te bereiken dat mensen de zorg krijgen die ze willen krijgen”, zegt Van Tol.
Het doorverwijzen naar palliatieve deskundigen denkt ze vooral te kunnen verbeteren door de consultatieteams van de sector beter op de kaart te zetten. „Het is belangrijk dat huisartsen en wijkverpleegkundigen weten dat die er zijn.”
Het investeren in palliatieve zorg, noemt Van Tol een doel op zichzelf. „De NPTN wil zich niet presenteren als tegenhanger van de euthanasiebeweging. Wel onderschrijf ik de stelling dat we in Nederland te laat zijn begonnen met het organiseren van palliatieve zorg.”