De drie verdachten toonden woensdag voor de rechtbank berouw voor hun daden. Een houding die in schril contrast leek te staan met hun houding in de nacht van 6 november. Toen waren ze boos over de moord op Van Gogh. Onder invloed van meer dan twintig glazen drank per persoon besloot het trio toen brand te stichten in een moskee.

De 27-jarige Eddy S. uit Almere en de 26-jarige Björn B. uit Huizen waren naar eigen zeggen degenen die het plan bedachten. Björns 20-jarige broer Joris, eveneens uit Huizen, twijfelde, maar deed uiteindelijk toch mee. Na een drinkgelag in het huis van Björn en in een café laadden ze een rugzak vol met spiritus, terpentine, brandgel en andere materialen. Daarmee togen ze naar de eerste de beste moskee die ze kenden. Het plan was daar te beslissen wat ze precies zouden doen, aldus Björn B. Volgens Eddy S. bestond er echter geen twijfel over dat ze de moskee in brand zouden steken.

Doordat de moskee bewaakt werd, kwam er uiteindelijk niets van de plannen terecht. Toen het drietal rond 04.00 uur ’s nachts arriveerden bij de An Nasr-moskee werden ze aangesproken door bewakers. Al snel bleek de inhoud van de rugtas die Björn B. droeg voldoende reden te zijn om de politie te waarschuwen. Joris B. werd daarop direct aangehouden. Zijn kompanen sloegen op de vlucht en werden later gepakt.

Voor het OM was het overduidelijk dat de moskee in brand was gestoken als de drie niet waren opgemerkt. Hoewel de rol van Joris B. kleiner leek door zijn twijfel, werd tegen de drie dezelfde straf geëist, omdat de twee anderen voor enigszins verminderd toerekeningsvatbaar worden gehouden.

De advocaten van de verdachten bepleitten vrijspraak voor Björn B., ontslag van rechtsvervolging voor Joris B. en een taakstraf voor Eddy S. Volgens hen hebben de mannen niet uit racisme gehandeld en moet rekening worden gehouden met hun persoonlijke omstandigheden, aangezien ze alle drie een in psychisch opzicht problematisch verleden hebben. De excuusbrief die de verdachten stuurden, drukt volgens de raadslieden gevoelens van spijt uit.

De rechter doet op 21 september uitspraak.