Binnenland

Ook watersnoodramp niet bij geval”

Niels Eckhardt
25 August 2005 09:44Gewijzigd op 14 November 2020 02:52
SIRJANSLAND – Rina Hendrikse Heijboer (r.) heeft haar herinneringen aan de watersnoodramp in 1953 vast laten leggen in het boek ”Niets bij geval”. Ze verloor bij de ramp in haar woonplaats Sirjansland beide ouders, een zus en een broertje. Foto Pieter H
SIRJANSLAND – Rina Hendrikse Heijboer (r.) heeft haar herinneringen aan de watersnoodramp in 1953 vast laten leggen in het boek ”Niets bij geval”. Ze verloor bij de ramp in haar woonplaats Sirjansland beide ouders, een zus en een broertje. Foto Pieter H

Mede Titel: ”Niets bij geval. Uit het leven van Rina Heijboer uit Sirjansland”
Auteur: R. Hoogerwerf-Holleman
Uitgeverij: De Ramshoorn, Goes, 2005
ISBN 90 76466 38 6
Pagina’s: 112
Prijs: € 11,95. SIRJANSLAND - Rina Hendrikse-Heijboer verloor tijdens de watersnoodramp in 1953 beide ouders, een zus en een broertje. Vandaag werden haar aangrijpende herinneringen in het boek ”Niets bij geval” gepresenteerd bij het Museum Watersnoodramp 1953 te Ouwerkerk.

„Zie je dat grijze dak daar? In dat huis hebben we de ramp overleefd.” Rina Hendrikse-Heijboer wijst vanuit de huiskamer in het Zeeuwse Sirjansland naar een pand dat even verderop staat. Ze vertelt dat er in de vroege morgen van zondag 1 februari 1953 hard op de deuren van hun pal achter de dijk gelegen boerderijwoning wordt gebonsd. „De dijk staat op doorbreken, jullie moeten hier zo snel mogelijk weg, schreeuwde een knecht.”

Rina, 20 jaar oud, beseft nog niet goed wat dit betekent. Met haar een jaar oudere zus Jannetje overlegt ze nog, zoals altijd, welke kleren ze vandaag aantrekken.

Als ze het huis verlaten, staan ze al tot hun knieën in het water. Het grootste gedeelte van het gezin vlucht bij de buren naar binnen, Rina en haar verloofde Wim waden in de richting van het dorp. Op de zolder van een hoger gelegen woning in het dorp vinden ze een schuilplaats. De familie die achterbleef, hoort met een donderend geraas de dijk doorbreken. Het huis waarin ze zitten, wordt in één klap weggespoeld. Moeder, Jannetje en haar jongste broertje worden verzwolgen in de golven. Vader Heijboer sterft later op een stuk dak, waarschijnlijk aan een hartstilstand.

„Toen ik het huis verliet, voelde ik: We komen nooit meer thuis”, zegt Hendrikse-Heijboer. Toch wonen ze nog op loopafstand van de vroegere boerderij. Het is goed dat er nu, ruim 52 jaar later, een boek verschijnt met haar verhaal, vindt echtgenoot Wim Hendrikse. „Zodat het bewaard blijft voor het nageslacht en duidelijk is dat niets bij geval geschiedt. Er zijn mensen geweest die de hele ramp hebben proberen te verklaren. Maar wij geloven dat het zo moest gebeuren. God had er Zijn bedoelingen mee. En daar kunnen wij als mensen met ons verstand toch nooit bij. De eeuwigheid zal het openbaren.”

Hendrikse-Heijboer is naar eigen zeggen nooit opstandig geweest na de ingrijpende gebeurtenissen. „We hebben toch kunnen berusten in wat er is gebeurd. We zijn steeds ontzettend dankbaar dat we nog mogen leven.” Wel is er altijd een diep gemis geweest, vertelt ze. Zoals tijdens de periode van wederopbouw, toen ze totaal geen bezittingen meer hadden. „Er kwam zo veel op je af: een evacuatie naar Den Haag, kleding maken, begrafenissen. Je moest verder. Na anderhalf jaar kreeg ik de deuk te verwerken die anderen misschien al eerder hadden opgelopen.”

Niets bij geval, was ook het thema waarbij ds. F. Mallan, destijds predikant te Bruinisse, de opgevangen drenkelingen bepaalde. „Hij deed een gebed en las Zondag 10 voor, over de voorzienigheid Gods.” Mallan schreef een voorwoord in het boekje en sprak donderdag tijdens de presentatie ervan.

Wat overblijft zijn veel herinneringen aan het warme ouderlijk gezin. Rina’s ogen vullen zich met tranen als ze erover vertelt.

„Een stille wens van mijn moeder was altijd de koningin eens persoonlijk te spreken.” Maar Die wens werd uiteindelijk aan Rina zelf vervuld toen koningin Juliana het rampgebied bezocht. Rina vertelde haar van de verliezen en Juliana vroeg of de lichamen van haar familie wel waren gevonden. „Ik antwoordde dat mijn vader nooit was gevonden, waarop ze zei: „Ach kind, de zee is één groot graf. Eens zal de zee al zijn doden wedergeven.””

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer