Deventer moordzaak naar Europees Hof
Raadsman mr. G. J. Knoops legt de zogeheten Deventer moordzaak voor aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. Dat meldde de advocaat donderdag.
Het Europees Hof beoordeelt zaken niet opnieuw inhoudelijk, maar bekijkt of de rechten van de verdachten tijdens de gerechtelijke procedures zijn geschonden. Volgens Knoops is dat bij zijn cliënt heel duidelijk het geval.
De Hoge Raad bekrachtigde begin dit jaar het vonnis over de verdachte in deze zaak, Ernest L., van het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch. Ten onrechte, meent Knoops. Hij vindt onder meer dat nieuw DNA-bewijs dat bij dit hof was voorgedragen, niet had mogen worden gebruikt.
Na een slepende rechtsgang werd L. begin 2004 tijdens een herzieningszaak door het hof in ’s-Hertogenbosch veroordeeld tot twaalf jaar cel voor de moord op de rijke Deventer weduwe Wittenberg. L. was haar executeur-testamentair. Nadat het vonnis was voorgelezen, werd de hevig tegenstribbelend L. in de boeien geslagen. L. heeft altijd ontkend de vrouw te hebben vermoord.
De straf kwam overeen met het vonnis dat het hof in Arnhem de boekhouder oplegde, nadat de rechtbank in Zwolle de man eerder nog had vrijgesproken.
Opvallend is dat het hof in ’s-Hertogenbosch bewijsmiddelen van het hof in Arnhem van tafel veegde en weer met nieuw DNA-bewijs van het slachtoffer, de Deventer weduwe Wittenberg.
Belangrijkste pijlers voor het bewijs zijn bloedsporen van L. op de blouse van Wittenberg en een telefoontje naar de vrouw, kort voor de moord.