De stijging van de nominale premie wordt veroorzaakt door administratieve kosten die verzekeraars maken bij de overstap van het huidige stelstel (particulier en ziekenfonds) naar het nieuwe zorgstelsel met één basisverzekering. In dagblad De Telegraaf bevestigt Astrid Visser, directeur van ambtenarenverzekeraar IZA, vanmorgen deze lezing. „De minister van Volksgezondheid gaat uit van een premie die nodig is om de totale zorgkosten te betalen. Maar wij hebben ook uitgaven voor administratie, zeker in de uiterst complexe overgang naar het nieuwe zorgstelsel.”

Directeur Gerard Massaar van SEZ Assurantiën in Reeuwijk staaft in De Telegraaf het verhaal van Visser. „Iedereen praat wel over 1100 euro per jaar, maar dat is omdat niemand het slechte nieuws naar buiten durft te brengen.” Mededirecteur Niels Karssens deelt de mening van zijn collega. „Wij zeggen dit al sinds februari vorig jaar. Er komen zeker kosten bij de nominale premie.” Als voorbeeld noemt ook Karssens de administratieve kosten die verzekeraars moeten maken. De directeur schat dat de premie uiteindelijk uitkomt op 1265 euro. „Er is nog geen verzekeraar die dat heeft tegengesproken.”

Het ministerie van Volksgezondheid ontkent het bericht evenwel met kracht. „Onzin”, aldus een woordvoerder. De administratieve kosten zijn volgens hem wel degelijk meegerekend in de gemiddelde nominale premie van 1100 euro die iedereen vanaf 1 januari volgend jaar moet gaan betalen. Lagere en middeninkomens kunnen overigens wel rekenen op een toeslag als tegemoetkoming in de zorgkosten.