De maatschappelijke positie van thuisloze jongeren is zwak. Ze breken opleidingen vroegtijdig af of hebben zelfs geen enkele afgeronde opleiding na de basisschool. Bovendien hebben ze weinig werkervaring, vaak weinig of geen inkomsten en veel schulden.

Dat zijn enkele belangrijke conclusies in het rapport ”Bandieten, dissidenten, weglopers of verschoppelingen? - Profielen van thuisloze jongeren in Rotterdam” dat wethouder Van den Anker (Veiligheid en Volksgezondheid) heeft laten opstellen. Donderdag presenteerde de gemeente het rapport.

Met de resultaten van het onderzoek beschikt de gemeente Rotterdam over een actueel beeld van de groep thuisloze jongeren in de stad. Wetenschappers zijn het er in het algemeen over eens dat het aantal thuisloze jongeren de afgelopen jaren is toegenomen. Voor Rotterdam kwam de laatste schatting uit op een aantal tussen de 300 en de 700.

Het onderzoek van de gemeente onderschrijft de veronderstelde problemen die thuisloze jongeren hebben doorgemaakt. Voorbeelden zijn een problematische thuissituatie, scheiding van de ouders, traumatische ervaringen zoals mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbruik. Een groot deel van de jongeren heeft contact gehad met de jeugdhulpverlening en heeft een ondertoezichtstelling gehad. Ook zijn zij opgevangen in diverse internaten en pleeggezinnen. Een kwart van de jongeren heeft te kampen met psychiatrische problemen. Driekwart van de jongeren gebruikt verdovende middelen, de helft gebruikt dagelijks softdrugs.

Rotterdam werkt op dit moment aan uitbreiding van de capaciteit en variëteit van voorzieningen voor zwerfjongeren. Wethouder Van den Anker laat in een eerste reactie weten blij te zijn met de gegevens uit het onderzoek. „Met het rapport beschikt de gemeente over meer inzicht in de aard van de problematiek”, aldus Van den Anker.