CBP: Belcentrum mag personeel niet telkens afluisteren
Belcentra mogen de telefoontjes van hun medewerkers niet voortdurend afluisteren. Dat blijkt uit een brief die het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) heeft gestuurd aan vakbond FNV Bondgenoten en brancheorganisaties WGCC en VCN.
Callcenters luisteren medewerkers af voor bijvoorbeeld training en begeleiding. Volgens het CBP is het daarbij niet noodzakelijk om onafgebroken te monitoren. Af en toe afluisteren moet voldoende zijn. Alleen bij uitzondering mogen belcentra voortdurend afluisteren, bijvoorbeeld op lijnen waarop klanten financiële transacties doorbellen.
Belbedrijven die willen afluisteren, moeten hun telefonisten daarvan wel op de hoogte brengen. Eén waarschuwing bij het in dienst treden is niet voldoende, aldus een woordvoerster van het college.
FNV Bondgenoten is fel tegen het continu afluisteren. Volgens de vakbond schendt is het een inbreuk op de privacy van medewerkers. WGCC en VCN delen die mening niet. Nadat een eerdere overlegronde mislukte, wil het CBP nu dat de bonden en de belcentra opnieuw om de tafel gaan zitten om samen regels op te stellen.
VCN stelt dat de werkgevers inmiddels een interne richtlijn hanteren die aan de eisen van het CBP voldoet. Volgens de organisatie komt het daarom niet voor dat medewerkers continu worden afgeluisterd „voor kwaliteitsdoeleinden”. Bovendien wordt het personeel volgens VCN regelmatig op de hoogte gesteld van het monitoren. In de sector werken ruim 150.000 mensen.