Binnenland

Harderwijker burgemeester voor het blok

Moeten actievoerders te allen tijde het recht krijgen om te demonstreren? Die vraag dringt zich op na de extreem rechtse manifestatie afgelopen zaterdag in Harderwijk. „Bezinning hierover is niet verkeerd.”

J. Visscher
22 May 2002 12:17Gewijzigd op 13 November 2020 23:35

Er vielen geen klappen, er klonken geen schoten, er vlogen geen stenen rond. De extreem rechtse demonstratie in Harderwijk verliep zaterdag zonder veel problemen. Toch zit CDA-burgemeester J. G. de Groot van Harderwijk de gang van zaken niet lekker. Anders dan de burgemeester, besliste de rechter dat de manifestatie van het extreem rechtse Comitee Kusters/Malcoci doorgang moest vinden.

De demonstranten kozen voor Harderwijk omdat dat de woonplaats is van Volkert van der G., die verdacht wordt van de moord op Pim Fortuyn. In de gaten gehouden door honderden agenten en uitgejouwd door talrijke Harderwijkers maakten de extremisten hun ronde nabij het station.

De Groot kan nog steeds niet uit de voeten met de rechterlijke beslissing. „Ik voelde me inderdaad voor het blok gezet. Minister-president Kok riep na de moord op Fortuyn de verantwoordelijken in Nederland expliciet op om de kalmte te bewaren. Ikzelf voelde me ook aangesproken.”

De explosieve situatie na de moord op Fortuyn rechtvaardigde een verbod op de omstreden betoging, vindt de Harderwijker burgemeester. „Hoofdzaak voor mij is: na de moord wisten we ons in Nederland niet goed raad met de situatie, net als na 11 september, toen we vliegtuigen wolkenkrabbers in zagen vliegen, net als na de moord op Kennedy in 1963.”

In die gespannen verhoudingen had het recht op betoging moeten wijken, zo is De Groot van oordeel. „Ik ben ook voor vrijheid van meningsuiting, maar er kunnen momenten zijn dat je beter even tot morgen kunt wachten om bepaalde dingen te roepen.”

In het recente verleden gaf de rechter vaker groen licht voor omstreden demonstraties van extreem rechts. In januari van dit jaar verleende de Rotterdamse rechtbank hetzelfde Comitee Kusters/Malcoci toestemming om te demonstreren. Burgemeester Opstelten had de manifestatie eerder nog verboden. Ook in Kerkrade haalde de rechter, in 2001, een streep door de beslissing van de burgemeester en mochten de extreem rechtse demonstranten de straat op.

Het lijkt erop dat de Nederlandse rechter vaker dan voorheen omstreden betogingen toestaat, signaleert prof. mr. A. H. M. Dölle, hoogleraar lagere overheden aan de Groningse universiteit. „Kennelijk hecht de rechter grote waarde aan het recht op betoging en wil die zich niet te snel laten leiden door mogelijke rellen.”

Dölle vermoedt dat rechters in Nederland met een schuin oog naar de Europese jurisprudentie op dit gebied kijken. „Je ziet elders in Europa dat er minder gauw een verbod komt op demonstraties van extremisten, zowel van links als van rechts. Antiglobalisten mochten bijvoorbeeld demonstreren bij EU-tops.”

Burgemeesters in Nederland hebben enkele wettelijke middelen in handen om demonstraties te verbieden, legt Dölle uit. „Allereerst kunnen er vanwege de volksgezondheid redenen zijn om tot een verbod over te gaan. Denk aan het gevaar van epidemieën. Daarnaast kunnen verkeersoverwegingen een rol spelen. Rotondes zouden verstopt kunnen raken. En in de derde plaats kan de burgemeester vanwege te verwachten problemen met de openbare orde besluiten tot een verbod van een demonstratie.”

In Nederland zou „enige bezinning” rond omstreden demonstraties „niet verkeerd” zijn, vindt Dölle, ook senator voor het CDA. „Ik kan de ontevredenheid van de burgemeester van Harderwijk wel begrijpen. In zo’n omstreden demonstratie zit immers de kiem van onrust en agressie. Het is goed om na te denken over de vormen van protest. Je kunt demonstranten bijvoorbeeld verbieden bivakmutsen te dragen of haatzaaiende teksten te roepen. De vraag is wel hoe je dat soort regels kunt handhaven. Het gaat nog wel eens mis, dat zagen we onlangs bij de anti-Israël-demonstratie in Amsterdam, waar Israël met de nazi’s werd vergeleken.”

Als de demonstratie in Harderwijk uit de hand was gelopen, zou de kritiek niet van de lucht zijn geweest, stelt burgemeester De Groot. „Er had maar één ongestuurd individu als de moordenaar van Fortuyn rond hoeven te lopen en het had mis kunnen gaan. Dan zouden we wat te horen hebben gekregen: Hoe krijgen ze het verzonnen.”

De burgerij kan niet goed vatten dat de extreem rechtse manifestatie onder massaal politietoezicht door mocht gaan, zegt De Groot. „Op het voetbalveld zei iemand tegen me: In Tilburg kon de burgemeester een voetbalwedstrijd verbieden en werd daar verder niet moeilijk over gedaan. Voetbal is toevallig geen grondrecht. In Harderwijk moet zo’n omstreden manifestatie wel per se doorgaan. Dat kunnen mensen niet plaatsen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer