Nadat Nederlandse VN–militairen de enclave op 11 juli 1995 onder druk van het Bosnische–Servische leger moesten opgeven, richtten Servische soldaten een slachting aan onder voornamelijk mannelijke gevluchte moslims. Naar schatting kwamen een kleine 8000 moslims daarbij om het leven.

Tijdens de herdenkingsplechtigheid in Potocari, vlak bij Srebrenica waar het basiskamp van Dutchbat stond, zal alleen het Kamerlid Karimi van GroenLinks aanwezig zijn. Haar D66–collega Bakker zal de nationale herdenking georganiseerd door het IKV op het Het Plein in Den Haag bijwonen.

Van de kant van het kabinet neemt minister Bot van Buitenlandse Zaken deel aan de plechtigheid in Potocari. Het kabinet vaardigt niemand af bij de herdenking op het Plein.

Het ministerie van Defensie zal evenmin apart stil staan bij de val van de enclave. Er worden geen activiteiten op touw gezet voor Dutchbat, de Nederlandse VN–soldaten in Srebrenica. Volgens een woordvoerder wil het ministerie de herdenking van de val strict gescheiden houden van rehabilitatie van Dutchbat.

Het IKV dat vanaf het begin zich het lot van de slachtoffers van Srebrenica zeer heeft aangetrokken, leidt de herdenking al op zaterdag in met een themabijeenkomst in de Mozes en Aäronkerk in Amsterdam. Het onderwerp is schuld, schaamte en verdringing van het trauma Srebrenica.

Vervolgens organiseert het verbond in de Haagse Lukaskerk een nachtwake in de nacht van 10 op 11 juli met gedichten, muziek, videobeelden en getuigenissen. Maandagmiddag vindt de nationale herdenking plaats gevolgd door een stille rondgang. Tijdens de herdenking zullen zeshonderd ballonnen met namen van slachtoffers worden opgelaten. De ballonnen vormen een symbolische verbinding met de herbegrafenis van zeshonderd gevallenen in Potocari.