De commando’s, mariniers en het Chinook–personeel zijn sinds april operationeel. Hun taak is het verkennen van het gebied en het speuren naar terroristen van het terroristennetwerk al–Qaeda of van het verdreven Taliban–regime in Afghanistan. Ook brengen ze smokkelroutes vanuit Pakistan in kaart.

Volgens de woordvoerder van Kamp zijn de Nederlandse militairen de afgelopen maanden nog niet betrokken geraakt bij gevechtshandelingen. Volgens hun mandaat mogen ze dat overigens wel.

Kamp zou maandag een bezoek brengen aan Bagdad, waar momenteel veertien Nederlanders deel uitmaken van de NAVO–trainingsmissie. Tot twee keer toe zette het Hercules–transportvliegtuig, met Kamp en zijn delegatie aan boord, maandag tijdens een felle zandstorm de landing naar het vliegveld van Bagdad. Beide keren moest de landing worden afgebroken vanwege het gebrekkige zicht door de zandstorm. Daarom werd doorgevlogen naar Koeweit.

Kamp bezocht dinsdag behalve de Nederlandse basis in Kandahar ook twee taakgroepen van de special forces in het uitgestrekte gebied dat onder de Nederlandse verantwoordelijkheid valt. Volgens de woordvoerder van Kamp is het er met temperaturen tot 50 graden Celsius extreem heet. De Nederlandse commando’s en mariniers hebben tot nog toe hun gebied „in kaart gebracht en zoveel mogelijk contact gelegd met de lokale bevolking", aldus de woordvoerder.

De taakgroepen van zestien man worden door een Chinook in het gebied afgezet voor een paar dagen. Ze zijn zelfvoorzienend. Als het gebied volgend voorjaar veilig genoeg is, kan de NAVO er de taken overnemen en beginnen met het opzetten van zogeheten provinciale reconstructieteams. Een zo’n Nederlands team opereert nu in de Noord–Afghaanse provincie Baghlan.

Minister Kamp brengt woensdag een bezoek aan Kabul waar hij de Afghaanse minister van Defensie spreekt, het Nederlands F–16–detachement bezoekt en waarschijnlijk ook nog een aantal Nederlandse Tweede–Kamerleden zal ontmoeten die juist deze week een werkbezoek aan Afghanistan brengen.