Wateroverlast China eist zeker 80 levens
Overstromingen en aardverschuivingen door aanhoudende hevige regenval hebben in het zuiden van China de afgelopen dagen zeker tachtig mensen het leven gekost. Ten minste 35 mensen gelden nog vermist.
Volgens Chinese staatsmedia zijn al zeker 330.000 mensen uit laaggelegen landsdelen uit voorzorg geëvacueerd. Meer dan 40.000 huizen zijn door het wassende water verwoest of ernstig beschadigd. Ruim 300.000 hectare landbouwgrond is verloren gegaan.
De grootste problemen doen zich voor in de autonome regio Guangxi, waar veel etnische minderheden wonen. Ook in de aangrenzende provincie Guangdong en in Fujian zijn rivieren buiten de oevers getreden. De belangrijke treinverbinding tussen de hoofdstad Peking en Hongkong, die gedeeltelijk door Guangdong loopt, is beschadigd.
Overstromingen en aardverschuivingen zijn een jaarlijks terugkerend fenomeen in China. Een belangrijke factor hierbij is de grootschalige ontbossing in de stroomgebieden van veel grote rivieren. Die omvangrijke ontbossing begon al in de jaren vijftig onder Mao Zedong, vooral voor de productie van houtskool. Later zijn ook grote arealen bos gekapt om landbouwgronden vrij te maken voor de rap groeiende Chinese bevolking. Door de ontbossing wordt minder water vastgehouden tijdens overvloedige regenval.
In China zijn ook veel bochten in rivieren kunstmatig afgesneden, waardoor de waterafvoer toenam. Daarenboven zijn veel buffergebieden, waar overvloedig water opgevangen kan worden, ten prooi gevallen aan industrialisatie en verstedelijking. China kent overigens al duizenden jaren rivierdijken, maar de kwaliteit daarvan is in veel regio’s zwaar onder de maat.
Behalve met wateroverlast kampt China jaarlijks met juist zeer ernstige tekorten aan water. Machtige waterstromen zoals de Gele Rivier halen veelal de monding niet eens meer. Vooral industrie, landbouw en mijnbouw slurpen zo veel water uit de rivieren dat deze droogvallen.