Volgens directeur Smeets van de onderwijsorganisatie denken overheden te vaak dat Molukkers zich inmiddels goed hebben aangepast aan de Nederlandse maatschappij. „Maar er zijn signalen dat de derde generatie het slechter doet dan de tweede.” Hij verwijst naar onderzoek van de Rotterdamse Erasmusuniversiteit.

De tweede generatie profiteerde in de jaren tachtig van het overheidsbeleid dat speciaal was toegesneden op scholing en arbeidsbemiddeling voor jonge Molukkers. „In de jaren negentig dacht de overheid dat het speciale beleid had gewerkt en niet meer nodig was. Het blijkt dat jonge Molukkers nu vooral blijven hangen in het vmbo. Doorstroming naar havo of vwo is er nauwelijks.” Volgens Smeets hebben veel jonge Molukkers bovendien een baan met een tijdelijk contract.

Hulpplan
Hij wil dat gemeenten waar veel Molukkers wonen een hulpplan ontwikkelen waarbij ook instellingen voor onderwijs en welzijn worden betrokken. Ze zouden gezamenlijk de Molukse jongeren meer zelfvertrouwen moeten geven, ondersteuning bij het onderwijs, en voor jonge kinderen vroegschoolse educatie. Ouders zouden vaker geholpen moeten worden bij de opvoeding. Volgens Smeets zijn hier veel problemen mee.

Volgens hem lopen de ontwikkelingen binnen de Molukse gemeenschap één generatie voor op die van andere migrantengroepen. „De overheid moet dus alert zijn op de problemen van de Molukkers. Ze zullen zich later ook voordoen bij de andere minderheden.”