Ex-beveiligingschef Oranje hoort drie jaar eisen
Officier van justitie A. Nederpelt heeft woensdag voor de rechtbank in Den Haag drie jaar cel geëist tegen het voormalig hoofd beveiliging van het Koninklijk Huis. Volgens justitie heeft de 60-jarige E. E. uit Rijnsburg zijn positie misbruikt toen hij een schoonmaakster meermalen verkrachtte.
De medewerker van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) werd begin dit jaar aangehouden na een aangifte door het 45-jarige slachtoffer. Zij zou zowel in het kantoor van de beveiligingsdienst aan de Oranjestraat in Den Haag, waar zij schoonmaakte, als bij haar thuis en in het Haagse Bos door de man zijn misbruikt.
Het misbruik zou tussen september vorig jaar en februari dit jaar hebben plaatsgevonden. E. ontkent de aantijgingen.
De verdachte was tot september vorig jaar hoofd van de afdeling koninklijke beveiliging van het KLPD. Hij stelde zijn vervroegd pensioen uit tot de zomer van 2002, omdat hij zich ging bezighouden met de voorbereiding van het koninklijk huwelijk tussen kroonprins Willem-Alexander en Máxima. In november kreeg hij in het bijzijn van prins Willem-Alexander nog een koninklijke onderscheiding.
Officier van justitie Nederpelt vindt de feiten die E. zou hebben gepleegd zeer ernstig. De gevolgen voor het slachtoffer, omschreven als een zeer gezagsgetrouw persoon, zijn volgens justitie groot. Een strafverzwarende omstandigheid is volgens de officier dat E. misbruik heeft gemaakt van zijn positie. Bovendien bleek uit afgeluisterde telefoongesprekken dat E. het politieonderzoek heeft geprobeerd te sturen. De aanklager vindt dan ook een straf van drie jaar, waarvan een jaar voorwaardelijk, op haar plaats.
P. Duijsens, de advocaat van de verdachte, pleitte voor vrijspraak. Volgens hem heeft de schoonmaakster het hele verhaal verzonnen. Haar verklaringen zijn niet consistent, ongeloofwaardig en tegenstrijdig, meent Duijsens.
Volgens hem zou het gedrag van de vrouw kunnen worden verklaard uit haar problematische persoonlijke geschiedenis. Mensensmokkelaars brachten de Braziliaanse begin jaren ’90 naar Europa. Ze werd als prostituee aan het werk gezet in Griekenland, België en Nederland. Daardoor deed ze veel negatieve ervaringen op met mannen. Duijsens bracht naar voren dat de vrouw in het verleden al vaker mensen vals heeft beschuldigd van seksuele delicten. De raadsman stelt dat zijn cliënt het slachtoffer dreigt te worden van de manipulaties van de schoonmaakster. Doelend op de pogingen tot beïnvloeding van het politieonderzoek zei Duijsens: „Hij heeft misschien fouten gemaakt, maar dat maakt hem nog geen verkrachter.”
Uitspraak 29 mei.