Leger des Heils verliest subsidie
Het Leger des Heils loopt bijna 2 ton subsidie mis, omdat de organisatie weigert voor een integratieproject in Zierikzee twee moslima’s in dienst te nemen.
Minister De Geus van Sociale Zaken deelde het Leger woensdag mee de per 1 juli beloofde 170.500 euro subsidie in te trekken, omdat de vrouwen niet in dienst worden genomen vanwege hun niet-christelijke achtergrond. Wel mag de organisatie een voorschot van 21.020 euro houden, bevestigde woordvoerder Jos van Dijk van het ministerie donderdagmorgen.
Op dit moment nemen de twee moslimvrouwen deel aan het project ”Wereldvrouwen”, dat is opgezet om met name allochtone vrouwen uit hun isolement te halen. Om het project te versterken, diende het Leger des Heils vorig jaar met succes een aanvraag voor subsidie in.
Voorwaarde van Sociale Zaken was wel om vier deelneemsters in dienst te nemen als activiteitenbegeleidsters. Uiteindelijk bleek het Leger des Heils niet aan deze eis te kunnen voldoen. Twee andere vrouwen wilde het Leger wel aannemen. Dat betrof twee Oost-Europese deelneemsters met een christelijke achtergrond.
Van Dijk benadrukt dat het voor De Geus niet zozeer gaat om het feit dat het Leger geen moslima’s in dienst wil nemen, maar dat de organisatie afwijkt van het ingediende projectplan. De woordvoerder van Sociale Zaken vindt het geen bezwaar om de geldkraan dicht te draaien, ook al zouden de vrouwen bij een samenwerkingspartner in dienst treden en vervolgens bij het Leger gedetacheerd worden. „Dat is in strijd met het projectplan.”
Luitenant-kolonel I. Voorham van het Leger des Heils vindt dat de minister discrimineert. „Als organisatie hebben we het recht alleen christelijke werknemers in dienst te nemen.” Directeur Harry de Heer van de afdeling welzijns- en gezondheidszorg in de regio Zuidwest-Nederland is „verrast en teleurgesteld” over het besluit van de minister. „Zijn ambtenaren waren akkoord met detachering, maar nu heeft De Geus hen teruggefloten. Volgens ons is het niet in strijd met het projectplan dat de vrouwen door een partner een dienstverband krijgen aangeboden. We gaan dan ook zeker tegen het besluit in beroep.”