„TBS nodig in zaak-Savanna”
Sonja de J., de moeder van het vorig jaar omgekomen meisje Savanna, is sterk verminderd toerekeningsvatbaar. Dat geldt ook voor Mario B., de man van de moeder. Beiden zouden een langdurige TBS-behandeling moeten ondergaan.
Dat stellen deskundigen van het Pieter Baan Centrum (PBC), zo bleek dinsdag bij de rechtbank in Den Haag. Savanna overleed op 20 september vorig jaar. Het meisje onderging in de jaren daarvoor talloze mishandelingen.
Volgens het PBC lijdt de moeder aan een zeer ernstige vorm van borderline, waardoor ze extreem gedrag vertoont. „Haar persoonlijkheid is één groot trauma.” Het valt deskundigen op dat Sonja de J. weinig oog heeft voor het verschil tussen een kind en een volwassene. Ook lijkt het of ze geen verdriet heeft over de dood van Savanna. Volgens het PBC komt het gewelddadig gedrag van Sonja de J. niet voort uit sadisme, maar wil de vrouw op een „verwrongen manier controle uitoefenen.”
Mario B., de man van Sonja, is volgens het PBC een volgzaam type. Hij ontplooit geen initiatieven en kan geen nee zeggen.
De 27-jarige Mario B. zat onder de duim van Sonja de J., de moeder van de vorig jaar omgekomen 3-jarige Savanna uit Alphen aan den Rijn.
Als Sonja de J. de baard van haar man Mario B. epileerde, keek hij er wel voor uit om te laten merken dat dat pijn deed. In geen geval wilde hij herrie krijgen met de dominante Sonja. Het voorbeeld typeert de slaafse houding van de man.
Mario B. bekent de 3-jarige Savanna diverse keren in een strafhok te hebben gestopt, een washandje in de mond te hebben gestopt en onder de koude douche te hebben gezet. De timide en wat sullig ogende man, nauwelijks verstaanbaar, was dinsdag zwijgzaam over de mishandelingen. De douchestraffen waren bedoeld om „een eind te maken aan het gillen.”
Na de dood van zijn moeder in april 2003 ging het bergafwaarts met Mario B. De man, die geen vrienden had, leidde een teruggetrokken bestaan. Afleiding vond hij vooral in zijn werk als timmerman en later als keukenzetter.
B. leerde Sonja de J. in een plaatselijke uitgaansgelegenheid kennen. Hij trok in de zomer van 2003 bij haar in. In augustus van dat jaar trouwden ze in alle stilte. In mei 2004 kreeg het stel een kind, Rowena. B. bracht collega’s niet op de hoogte. Sonja was naar zijn zeggen bang dat hulpverleners het kind bij haar weg zouden halen.
B. moest, naast zijn werk als keukenzetter, opdraaien voor veel huishoudelijke werkzaamheden. Een getuige typeerde de volgzame man als een „huisslaaf.” De activiteiten groeiden B. boven zijn hoofd. Soms bleef hij ’s nachts in zijn bus slapen om maar niet thuis te hoeven zijn. Tegenover Sonja begon hij over zelfmoordplannen. Sonja deinsde er niet voor terug om B. zo af en toe een klap te verkopen. Collega’s van B. hebben hem diverse keren met een blauw oog op het werk zien verschijnen. Ook werd B. wel eens op het balkon opgesloten.
Mario was op maandag 20 september vorig jaar op zijn werk toen Savanna om het leven kwam. Sonja mishandelde het kind toen voor de zoveelste maal. Mogelijk is de peuter gestikt vanwege een washandje in haar mond. Later die dag, na zijn werk, is B. samen met Sonja en zijn dochtertje Rowena naar Holten gereden met de bedoeling Savanna te begraven dan wel te verstoppen. Bij Holten hielden argwanende agenten het stel aan.
Sonja de J. bestreed in een geëmotioneerd betoog dat ze niet in zit over de dood van Savanna. „Ik schaam me verschrikkelijk. Ik vind het heel erg dat ik mijn handjes heb laten wapperen.”