Binnenland

Arrogantie regenten gaat zich wreken

Een klein plagerijtje in het kameroverleg over de huisartsenzorg. SP-kamerlid Kant kon niet nalaten op te merken dat ook liberalen haar vaak steunen. Had ze niet onlangs een mailtje gekregen van een VVD stemmende huisarts die het desondanks op het punt van het zorgbeleid roerend met de SP eens was? Nou dan!

27 May 2005 22:49Gewijzigd op 14 November 2020 02:35
<center> SCHIPPERS <br> …‘rode’ volkswijk…
<center> SCHIPPERS <br> …‘rode’ volkswijk…

VVD-woordvoerder Schippers gaf haar echter een koekje van eigen deeg. Zij kreeg op haar beurt heel wat steunbetuigingen uit ’rode’ volkswijken in Amsterdam. Links georiënteerde huisartsen die met overtuiging schrijven: deze coalitie heeft het met haar vernieuwing van de zorg bij het rechte eind. Dit komt de patiënten ten goede. Nou dan!

Op zichzelf is het wel grappig dat bij een onderwerp als de huisartsenzorg de achterbannen van de diverse partijen blijkbaar niet klakkeloos de leidslieden volgen. Dat kan ook niet altijd. Kiezers stemmen om enkele hoofdredenen op een bepaalde partij, maar zijn het niet bij voorbaat met alle standpunten van die partij eens.

Toch moet de kloof tussen kiezers en gekozenen niet te groot worden. Dan heeft de maatschappij wel degelijk een probleem. Als politici en bestuurders stelselmatig andere opvattingen uiten dan onder het volk leven, neemt de onderlinge vervreemding toe, groeit het wantrouwen en blijkt bij verkiezingen keer op keer dat het electoraat verschuift, met alle gevolgen voor de stabiliteit van een land.

Dat de kloof tussen kiezer en gekozene bestaat en de laatste decennia alleen maar groter werd, was bekend. Zeker sinds de plotselinge opkomst van de Fortuyn-beweging. Toch is het voor ieder die de peilingen over het referendum volgt, nog schrikken geblazen als hij ziet hoe diep die kloof soms is. Waar 80 procent van de Tweede Kamer voorstander is van de Europese grondwet, was volgens de peiling van het NIPO gisteravond 52 procent van de bevolking tegen en slechts 36 procent voor. Interview NSS peilde vorige week dat 63 procent van de kiezers tegen gaat stemmen.

Daarbij is het interessant ook eens te bezien hoe de verhoudingen binnen de diverse partijen liggen. Volgens een peiling van Maurice de Hond van een week geleden zou 60 procent van de PvdA-achterban tegen de grondwet stemmen, 61 procent van de VVD-achterban en 50 procent van het CDA-electoraat. Bij de kleinere, ideologisch meer belijnde partijen is de kloof veel kleiner. Zo is van de SP-achterban slecht 7 procent voor de grondwet en van de sympathisanten van de Groep Wilders slechts 4 procent. Bij een partij als de SGP, niet door De Hond gemeten, zal dat niet veel anders liggen.

Deze cijfers bevestigen een beeld dat al lang bij politicologen bestaat: een helder profiel voorkomt voor een belangrijk deel het ontstaan van een kloof met de achterban. De cijfers laten ook zien dat het vooral de grote partijen zijn die zich het verwijt aan moeten trekken zich soms weinig aan de kiezers gelegen te laten liggen. Zijn zij, als het om Europa gaat, niet jarenlang aan het Binnenhof en in Brussel hun eigen gang gegaan? Wanneer is bij nationale verkiezingen Europa nu eens een serieus thema geweest dat door de kiezers meegewogen kon worden bij hun partijkeuze? Wie wilde eigenlijk de euro? Wie wilde Turkije bij de EU?

Van die eigengereidheid en regenteske houding krijgen de grote partijen nu de rekening gepresenteerd. Daarbij is het beschamend om te zien hoe slecht zij de les van het verleden verwerkt hebben. Op een haast neerbuigende manier dreigden vooraanstaande politici de afgelopen weken met nieuwe oorlogen of economische depressies.

Daarna kozen zij een nieuwe strategie. „Hebt u moeite uw standpunt te bepalen? Blijf dan op 1 juni maar thuis.” Dit alles mogelijk in de hoop dat de opkomst beneden de 30 procent zal blijven, zodat de Tweede Kamer de uitslag van het referendum naast zich neer kan leggen. Het toppunt van bevoogding demonstreert PvdA-leider Bos die sprak over een tweede referendum. Krijgen we u niet over de streep? Dan blijven we toch net zo lang tegen u duwen en aan u trekken tot het gelukt is?

Met dit alles is natuurlijk niet gezegd dat politieke partijen voortdurend hun achterban moeten volgen en dat populisme in de politiek de hoogst denkbare wijsheid is. In tegendeel. Het was de oud-CDA-politicus Jan de Koning die zei dat politici de plicht hebben leiding te geven door burgers net een meter verder te laten springen dan zij uit zichzelf zouden hebben gedaan. Bijvoorbeeld als het gaat om de zorg voor het milieu.

De Koning had gelijk. Maar hij had het over een meter, niet over een kilometer. Om nog maar niet te spreken van politici die burgers als onwillige ezels met een touw om de nek over een sloot proberen te trekken. Zulk ’leiderschap’ zal als een boemerang naar hen terugkeren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer