Nieuwe generatie migrantenvaders minder autoritair
De nieuwe generatie Marokkaanse, Creools–Surinaamse en Chinese vaders voedt de kinderen meer ’westers’ op dan de eerste generatie. De opvoeding wordt opener en minder afstandelijk en autoritair. Dat blijkt uit een vrijdag gepresenteerd onderzoek van het Verwey–Jonker Instituut, dat onderzoek doet naar maatschappelijke vraagstukken. De Amsterdamse wethouder Aboutaleb nam het in ontvangst.
De opvoeding in de onderzochte groepen migrantenvaders schuift op naar het ’westerse’ model, dat gebaseerd is op praten en uitleggen in plaats van bevelen. Toch zien de allochtone vaders de Nederlandse manier van opvoeden niet als hun doel. Die zorgt er volgens hen voor dat kinderen „over–assertief" worden en te weinig respect tonen voor hun ouders.
De nieuwe generatie migrantenvaders wil meer betrokken zijn bij de kinderen en meer tijd met hen doorbrengen. Ze hebben behoefte aan kennis en ondersteuning om vragen en problemen bij de opvoeding het hoofd te bieden.
Belemmeringen bij de nieuwe manier van opvoeden zijn onder meer de grote werkdruk bij Chinese vaders, opvattingen over mannelijkheid bij hun Creoolse en Marokkaanse collega’s en de vasthoudendheid waarmee moeders de regie willen blijven voeren.