Die straf kreeg hij eerder ook al van de militaire politierechter.

Volgens het openbaar ministerie is P. op de bewuste dag in september 2003 tegenover het duo „veel te ver gegaan.” Een groep soldaten was bezig aan een zware mars met volle bepakking, toen een van hen het niet meer kon bijbenen. P., die in een auto achter de militairen aanreed, sprong van de wagen en rende op de uitgeputte soldaat af. Hij gaf hem vervolgens een harde duw in de rug, waardoor de man viel. Vervolgens werd de onfortuinlijke soldaat door P. vastgepakt en tegen een paal gesmeten.

Even later zou P. opnieuw in fout zijn gegaan. Een andere vermoeide militair, die bijna ineenzakte, kreeg enkele klappen in het gezicht te verduren.

De sergeant ontkent de twee te hebben mishandeld. „Het was puur om die vent weer terug te krijgen. Ik heb hem nooit pijn willen doen”, stelde de verdachte over het incident waarbij hij de rekruut meppen zou hebben verkocht.

Het kwam volgens P. wel vaker voor dat tijdens een mars soldaten min of meer op een stevige manier bij hun positieven werden gebracht. De 39-jarige zei het slachtoffer maar één tik te hebben gegeven. Ook de andere militair is nooit hard behandeld, aldus de verdachte.

De officier van justitie bracht naar voren dat getuigen inderdaad hebben gezien dat P. zijn handen niet thuis had kunnen houden. Bovendien zou een getuige hebben verklaard dat hij de sergeant in het verleden ook al eens had moeten „afremmen.”

De uitspraak volgt op 8 juni.