Tijdens de bewuste rit sloegen de twee paarden van F. op hol terwijl hij deelnam aan de zogenaamde Kastelentocht rond Doorn. De wagen van F. haakte aan een andere aanspanning, waardoor deze tegen een boom botste. Een andere wagen viel om in de ontstane commotie.

Tientallen mensen hielden kneuzingen over aan het ongeluk en drie mensen hadden gebroken ledematen. Een van hen brak een arm, sleutelbeen en zes ribben en liep een doorboorde long op. F. zelf bleef ongedeerd.

De rechtbank achtte bewezen dat het ongeluk aan F. te wijten was, omdat hij zijn paarden gedurende de tocht al twee keer eerder nauwelijks in bedwang kon houden en desondanks gewoon was doorgereden.

De Utrechtse rechtbank vond dat hij aan een van de slachtoffers ruim 700 euro schadevergoeding moest betalen. De schadeclaim van het belangrijkste slachtoffer, die ruim 50.000 euro had gevraagd, vond de rechtbank te ingewikkeld om te beoordelen tijdens het strafproces. Het slachtoffer is doorverwezen naar de burgerlijke rechter.

Of de gedupeerden hun schade ooit vergoed krijgen is echter de vraag, omdat F., die oorspronkelijk uit de Verenigde Staten komt, inmiddels met de noorderzon is vertrokken.