Acht jaar cel geëist voor doodsteken drugsdealer
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft donderdag voor de rechtbank in Groningen acht jaar celstraf geëist tegen twee mannen die verdacht worden van het doden van een 53–jarige drugsdealer in december 2004 in Delfzijl. De twee verdachten, 19 en 20 jaar oud, brachten de man met messteken om het leven tijdens een uit de hand gelopen overval.
De twee bevestigden tegenover de rechtbank dat zij het slachtoffer wilden overvallen om hem van zijn geld en softdrugs te beroven. De 19–jarige verdachte wilde van het geld een auto kopen. Eerder overwogen ze een filiaal van McDonalds te overvallen, maar uiteindelijk kozen ze voor de dealer in softdrugs. De twee verwachtten dat hij geen aangifte zou doen na een overval.
De verdachten wilden de dealer thuis overvallen en hadden messen bij zich om het slachtoffer te bedreigen. Ze hadden er niet op gerekend dat de als rustig en vriendelijk bekendstaande man zich zou verzetten. De 53–jarige dealer overleed uiteindelijk aan een slagaderlijke bloeding in zijn been. De 20–jarige verdachte verklaarde dat hij het slachtoffer niet gestoken heeft en weggerend is toen hij zag dat zijn kompaan toestak. Beiden zeggen dat het nooit de bedoeling is geweest de man te doden.
Volgens officier van justitie P. van Rest doet dat niets aan af de strafbaarheid van het tweetal. „Ze zijn allebei verantwoordelijk voor het geheel en volledig toerekeningsvatbaar. Wie precies gestoken heeft doet er dan eigenlijk niet toe". Daarom werd tegen de twee een identieke straf geëist. „Samen uit, samen thuis", aldus de officier.
Advocaat F. Kappelhof van de 20–jarige man vindt dat zijn cliënt wel degelijk een lagere straf moet krijgen, omdat niet bewezen kan worden dat hij daadwerkelijk gestoken heeft. Ook zijn collega T. Pluijter eiste een lagere straf dan acht jaar cel voor zijn 19–jarige cliënt, omdat hij niet opzettelijk de dood van 53–jarige man had veroorzaakt.
Justitie formuleert donderdag achter gesloten deuren een strafeis tegen drie minderjarige verdachten die ook betrokken waren bij de doodslag. Zij hielpen bij het verzamelen van de gebruikte messen en bivakmutsen. Ze waren op de hoogte van het feit dat er een steekpartij had plaatsgevonden, maar hebben nadien geen enkele actie ondernomen.
De rechtbank doet op 2 juni uitspraak.