Binnenland

„Elke dag is één groot keuzemenu”

De derde Dag van de Filosofie, afgelopen zaterdag in Tilburg, staat in het teken van ”Overvloed en onbehagen”. „Elke dag is een gigantisch keuzemenu geworden. Dat geeft mij een fundamenteel gevoel van onbehagen”, aldus een van de deelnemers.

Cultuurredactie
18 April 2005 11:45Gewijzigd op 14 November 2020 02:27
TILBURG – Zijn we onze eigen cultuur vergeten en overgeleverd aan verloedering? En kun je de jaren zestig de schuld geven van de huidige desoriëntatie? Prof. dr. Paul Cobben (l.) en dr. Ad Verbrugge (r.) zaterdag in gesprek tijdens de derde Dag van de
TILBURG – Zijn we onze eigen cultuur vergeten en overgeleverd aan verloedering? En kun je de jaren zestig de schuld geven van de huidige desoriëntatie? Prof. dr. Paul Cobben (l.) en dr. Ad Verbrugge (r.) zaterdag in gesprek tijdens de derde Dag van de

Schrijvers, dichters, filosofen en filmmakers verzamelen zich in het Textielmuseum van Tilburg. De dag is georganiseerd door de Universiteit van Tilburg in het kader van de Maand van de Filosofie.

Onder de witgeverfde balken van de zolder gaan de schrijfsters Joke Hermsen en Nelleke Noordervliet met elkaar in debat. Hermsen heeft een „fundamenteel gevoel van onbehagen” door de overvloed aan keuzemogelijkheden tegenwoordig. „Je denkt altijd dat je elders gelukkiger bent, dat je elders beter verdient of dat elders de zon beter schijnt. Elke dag is een gigantisch keuzemenu. Er is sprake van een ”free choice terror”, een terreur van de vrije keuze.”

Noordervliet bespeurt die terreur onder leerlingen die een studie moeten kiezen. „Het wordt voor mensen steeds moeilijker in zichzelf te kijken waar hun hart naar uitgaat. Als kinderen op de middelbare school moeten bedenken wat ze gaan studeren, wordt het toch weer rechten of medicijnen. Omdat ze niet durven bekennen dat ze toch eigenlijk liever Sanskriet doen. Want kun je daarmee verdienen, kun je daarmee bij je vriendjes aankomen? Nee, Sanskriet redt dat niet. We zijn zo onder de heerschappij van de wetten van geld en economie, dat we niet durven zeggen: oké, ik kies Sanskriet, omdat ik dat mooi vindt.”

Het keuzemenu voor de bezoekers is groot: een gesproken column van NRC-columnist Bas Heijne, schrijver van de recent verschenen bundel ”Hollandse toestanden”, waarin hij een nietsontziende oordeel velt over Nederland; een gesprek tussen zes psychologen en psychiaters over Freuds analyse van het ”onbehagen in de cultuur”; een interview met islamkenner Joris Luyendijk over de woekering aan meningen over moslims; theater met schrijver Arnon Grunberg; een lezing van Arjo Klamer waarin hij pleit voor een huiselijke economie „waar het haardvuur brandt”; of pornografische filmfragmenten van communicatiedeskundige Hans van Driel. Om maar iets te noemen.

Is de drang naar individuele vrijheid die we van de jaren zestig hebben geërfd de aanstichter van onze huidige verloedering? Over die vraag praten prof. dr. Paul Cobben en dr. Ad Verbrugge. Cobben vindt niet dat je de jaren zestig de schuld mag geven. „De analyse van Verbrugge steekt mij op een bepaalde manier. Ik geloof niet dat de jaren zestig vooral een ontwikkeling waren van losgeslagen subjectieve vrijheid. Ik zie in die rebellie iets anders. Ze had te maken met de oudere generatie die de oorlog achter de rug had en in een soort shocktoestand verkeerde. We leefden in een situatie van economische en materiele wederopbouw. We werden daardoor zo in beslag genomen, dat er weinig ruimte was voor waarden en normen. In de rebellie ging het om een zoeken naar gemeenschapszin, naar solidariteit met de derde wereld, met de arbeiders. Het ging uiteindelijk om een positief levensgevoel, om de strijd tegen truttigheid, tegen normen en waarden die niet doorleefd zijn. De discussie zoals die nu met Balkenende wordt gevoerd, dreigt die truttigheid weer terug te halen.”

Verbrugge wil enkele „misverstanden” uit de weg ruimen die naar aanleiding van zijn succesvolle boek ”Tijd van onbehagen” (2004) zijn ontstaan. „Het is niet simpelweg zo dat ik de jaren zestig de schuld geef, helemaal niet. Ik zeg niet dat heel die periode onzinnig was. Wel is het zo dat ik me keer tegen een mentaliteit van mensen die nog steeds doen alsof toen de eeuwige waarheid is doorgebroken, en dat we bij alle problemen nog steeds het ideaal van de jaren zestig als referentiepunt kunnen hanteren. Dan begeef je je in een soort ultraconservatisme, en blijf je voortdurend praten in termen van antiautoriteit en vrijheid. In mijn boek gaat het om de uitwassen van de jaren zestig.”

Volgens Verbrugge zijn thema’s als de massamens, consumptie, zelfverrijking en machtsmisbruik, alleen maar actueler geworden sinds de jaren zestig.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer