Dat zei minister Donner van Justitie dinsdag in de Tweede Kamer in antwoord op mondelinge vragen van SGP-fractievoorzitter Van der Vlies. De staatkundig gereformeerde voorman vroeg Donner en zijn collega Hoogervorst van Volksgezondheid om opheldering over berichten dat gynaecologen de abortuswet omzeilen. Volgens de SGP’er is er sprake van uitlokking van strafbare feiten.

Voorzitter M. Schutte van de gynaecologenvereniging NVOG verklaarde dinsdagmorgen tegenover deze krant dat zijn collega’s vrouwen soms doorsturen naar het buitenland als ze in Nederland geen abortus meer mogen ondergaan. Nederland hanteert redelijk strak een grens van 24 weken. Alleen als een ongeboren kind niet levensvatbaar is, bijvoorbeeld omdat het geen hersenen heeft, is abortus na 24 weken toegestaan.

In België en Engeland mag wel abortus plaatsvinden op een levensvatbare foetus van 24 weken of ouder. Voorwaarde is wel dat het ongeboren kind ernstige afwijkingen heeft.

Volgens Donner kan het openbaar ministerie geen vervolging instellen tegen vrouwenartsen die hun cliënten tips geven over de mogelijkheden van abortussen in het buitenland. „Die informatie is vrij beschikbaar. Die kan ieder ander ook geven”, aldus de bewindsman.

Ook vrouwen die een abortus in het buitenland ondergaan, zijn niet strafbaar. Hier geldt volgens de bewindsman het vereiste van de zogeheten dubbele strafbaarheid. Nederlanders die in het buitenland een handeling verrichten die in het buitenland niet strafbaar is en in Nederland wel, kunnen in Nederland niet worden vervolgd. Dat kan alleen als het feit ook in dat land strafbaar is, aldus Donner.

Minister Hoogervorst wil op korte termijn een gesprek met de belangenvereniging van gynaecologen. De bewindsman is benieuwd hoe vaak Nederlandse vrouwen voor een late abortus naar het buitenland gaan. Hij wil ook weten waarom sommige Nederlandse vrouwen pas tegen het einde van de wettelijk toegestane abortustermijn om zwangerschapsafbreking vragen. In het tv-programma Netwerk zei staatssecretaris Ross van Volksgezondheid dat zij de Inspectie voor de Gezondheidszorg zal vragen hiernaar te kijken.

In NRC Handelsblad van dinsdag verklaarde NVOG-voorzitter Schutte dat gynaecologen abortussen van 24 weken of later die in Nederland plaatsvinden, niet altijd melden. Dat zijn ze wel verplicht.

Vrouwenartsen moeten late abortussen van niet-levensvatbare kinderen altijd melden bij een beoordelingscommissie. Die toetst of artsen zorgvuldig handelden. In het afgelopen jaar hebben vrouwenartsen 21 gevallen gemeld. Volgens Schutte waren er dat in de praktijk veel meer.

Een arts die een ernstig gehandicapte foetus van 24 weken of ouder aborteert die wél levensvatbaar is, moet dat melden bij de officier van justitie. Dat gebeurt in de praktijk nauwelijks. Volgens Schutte meldden artsen dergelijke abortussen nog wel eens bij de beoordelingscommissie. Ze zeggen dan dat het ongeboren kind niet levensvatbaar was, terwijl het wel levenskansen had.