Benzinewagen taboe voor minister
Ministers, staatssecretarissen en hoge ambtenaren mogen zich niet laten rondrijden in een auto met een hoog brandstofverbruik. Dat blijkt uit antwoorden van staatssecretaris Van Gennip (Economische Zaken) op schriftelijke vragen van het Tweede-Kamerlid Duyvendak (GroenLinks).
Auto’s worden voorzien van energielabels die gaan van A (zuinig) tot en met G (onzuinig). Bij de grote personenauto’s voor bewindslieden en topambtenaren is een E-label al niet meer toegestaan. De kleine en middengrote personenauto’s bij het Rijk moeten een A-, B- of C- energielabel hebben.
Van Gennip is het met Duyvendak eens dat de overheid het goede voorbeeld zou moeten geven. Bij de centrale inkoop van auto’s door het Rijk is een apart „milieusegment” opgenomen. Leveranciers kunnen daardoor moderne milieuvriendelijke auto’s aanbieden zoals auto’s die op gas rijden, elektrische auto’s of hybride voertuigen, die zowel op elektriciteit als op benzine kunnen rijden.
Dat laatste bleek niet besteed aan staatssecretaris Van Geel (milieu), die vorig jaar zijn fonkelnieuwe Toyota Prius aan de kant zette, omdat meereizende ambtenaren daarin te weinig bewegingsruimte hebben.