Geweld in Berlijn rond 1 mei-viering
Aan de vooravond van 1 mei zijn in een aantal wijken van Berlijn dinsdagnacht hevige rellen uitgebroken. In Duitsland zijn er elk jaar rond 1 mei vechtpartijen tussen demonstranten en politie.
Volgens de Berlijnse politie raakte bij ongeregeldheden in Prenzlauer Berg een vrouw levensgevaarlijk gewond toen ze door een fles werd getroffen. Een politiewoordvoerder sprak van de ergste rellen in de wijk sinds 1999.
Op het Oranjeplein hadden dinsdagavond laat ongeveer 200 jongeren na een feest van de ”Antifascistische Actie” een supermarkt geplunderd. Zo’n 5000 aanhangers van de Antifascistische Actie waren op het plein bijeengekomen. Een aantal van hen bekogelde de politie met stenen en vuurwerk.
De politie zette verscheidene honderden manschappen in om de reltrappers te verspreiden. Verscheidene agenten raakten gewond, aldus politiewoordvoerder Christian Matzdorf. Hij had geen gegevens over andere gewonden.
Politiekorpsen in grote Europese steden waren voorbereid op gewelddadige manifestaties vandaag, de Dag van de Arbeid. Ook elders in de wereld werden vandaag ongeregeldheden verwacht.
In de Australische stad Sydney raakten betogers slaags met de politie, die zeker 31 mensen aanhield. Het protest was vooral gericht tegen het Australische asielbeleid. Enkele honderden demonstranten trokken op naar een kantoor van de instantie die zich met de opvang van buitenlanders bezighoudt. In Australië worden mensen die het land illegaal binnenkomen, direct opgesloten.
Ook elders in de wereld waren betogingen. In de Filipijnse hoofdstad Manilla gingen enkele duizenden demonstranten naar het presidentieel paleis. Ze eisen de vrijlating van ex-president Estrada, die vorig jaar het veld moest ruimen en nu wegens corruptie vastzit. Ook in diverse Indonesische steden waren mensen op de been.
In Frankrijk, en dan vooral in Parijs, stonden betogingen voor en tegen de extreem rechtse presidentskandidaat Le Pen op het programma. Het Parijse stadsbestuur heeft 3000 politiemensen ingeschakeld om de zaak in de hand te houden.
Londen zette zeker 6000 agenten in om aangekondigde demonstraties van onder anderen antikapitalisten in toom te houden, terwijl Berlijn rekening hield met bijeenkomsten van extreem rechtse activisten en hun ultralinkse tegenhangers.
In Moskou werden zo’n 50.000 mensen verwacht voor een door de communisten georganiseerde manifestatie tegen de regering. In de Maleisische hoofdstad Kuala Lumpur hield de politie zeventien mensen aan tijdens een demonstratie van plantagearbeiders, die een minimumloon eisten. In het naburige Singapore arresteerde de politie een leider van de oppositie. Deze Chee Soon Juan wilde ondanks een verbod toch demonstreren bij het presidentieel paleis.
In de rosse buurt van de Indiase stad Calcutta hielden 2000 prostituees een betoging. Ze riepen op tot wetgeving die hen een betere bescherming biedt en einde maakt aan het verbod op prostitutie. In Calcutta in het oosten van het land zijn ongeveer 40.000 mensen werkzaam in de prostitutie.
In China ging het anders aan toe. Ooit stonden ondernemers daar te boek als vijanden van het communisme, nu worden ze door de regering omarmd als modelwerkers en heeft de vrijemarkteconomie in China alle ruimte. Sommige succesvolle zakenlieden krijgen zelfs onderscheidingen. Ook in de Chinese metropool Hongkong is door vakbonden opgeroepen te betogen voor invoering van minimumlonen.
De verwachting was dat in tal van steden in de wereld ook de crisis in het Midden-Oosten aanleiding zal zijn om actie te voeren.