Binnenland

Emoties bij oorlogsfoto’s in Rotterdam

Tot tranen toe geroerd. Voor oudere bezoekers van de oorlogstentoonstellingen in Rotterdam vormt de bezettingstijd een herinnering die ze hun hele leven hebben meegedragen. „Ze houden het vaak niet droog”, zegt voorlichter R. Noordhoek van het Schielandshuis.

L. Vogelaar
8 April 2005 10:46Gewijzigd op 14 November 2020 02:25
ROTTERDAM – In de rij voor de gaarkeuken. Aan weerszijden schuilkelders. De foto maakt deel uit van de oorlogstentoonstellingen in het historisch museum van Rotterdam. - Foto Schielandshuis
ROTTERDAM – In de rij voor de gaarkeuken. Aan weerszijden schuilkelders. De foto maakt deel uit van de oorlogstentoonstellingen in het historisch museum van Rotterdam. - Foto Schielandshuis

Het historisch museum is het enige zeventiende-eeuwse gebouw dat het centrum nog rijk is. De rest ging tijdens het bombardement in mei 1940 teloor.

Filmbeelden van het bombardement zijn het eerste dat mensen te zien krijgen als ze de tentoonstelling ”Zwarte confetti” bezoeken. Door de zaal galmt een bonte mengeling aan oorlogsgeluiden: voorbijrazende bommenwerpers, volksliederen, radioberichten op staccatotoon, ophitsende nazi-toespraken.

Zo lawaaierig als de tentoonstelling is, zo stil zijn de bezoekers. Maar opeens wijst een bejaarde vrouw naar een grote foto van de Kruiskade. De gebouwen langs de straat zijn veranderd in een puinhoop. „Hier vluchtten we weg. Aan de ene kant zaten de Nederlandse soldaten, aan de andere kant de Duitsers. Er werd „Dekking” geroepen, maar toen vlogen de kogels al over ons heen. Ik was nog maar vijf jaar, maar dat heeft zó’n indruk op me gemaakt.” Ze vluchtte, net als zo veel mensen, richting de Maasbruggen om uit de brandende binnenstad weg te komen. De bruggen waren echter niet meer toegankelijk.

Foto’s tonen de ravage die het Duitse bommentapijt aanrichtte. Puinvlakten, een grillig stuk muur. Waardoor bleef soms net dat ene pand overeind?

Mensen vluchtten weg, terwijl achter hen hun huis in vlammen opging. Woonwijken veranderden in kale ruimten, waar later tijdens de oorlog soms graan verbouwd werd. Vanaf een geïmproviseerd terras in de Bijenkorf hadden de Rotterdammers uitzicht op de verwoestingen van hun stad.

De expositie toont Nederlandse militairen na de capitulatie. In het Heineken-complex aan de Boezemsingel in de wijk Crooswijk wachtten ze de Duitse orders af. Er zijn beelden van dakloos geraakte evacués, van ”het vergeten bombardement” dat Delfshaven in 1943 trof, van vermagerde mensen tijdens de hongerwinter, van een schuilkelder, een gaarkeuken, lichamen van doodgeschoten verzetsstrijders, de novemberrazzia van 1944, afgeworpen voedselpakketten. Aan het eind komt de bevrijding in beeld: moffenmeiden worden kaalgeknipt, bevrijders en bevrijden dansen samen over de straat.

Niet eerder werd een fototentoonstelling gehouden over het alledaagse leven tijdens de oorlog in Rotterdam. Uit tientallen archieven in binnen- en buitenland zijn foto’s opgedoken. Dankzij oproepen via de lokale media kwamen ook familiealbums en nooit eerder vertoonde 8mm-films van amateurs boven water.

Het dagelijks leven: mensen trouwden, vierden verjaardagsfeestjes, bereidden maaltijden en deden boodschappen in noodwinkels. Fotografen legden het vast, al werd het steeds moeilijker om aan fotomateriaal te komen en al moest het vaak illegaal gebeuren.

Henri Berssenbrugge had in de jaren 1906-1916 ontelbare beelden uit het stadsleven op de gevoelige plaat vastgelegd. Op 20 juli 1940 ging hij terug naar zijn vroegere woonplaats, om te zien wat er nog van over was. Hij probeerde de bekende plekjes terug te vinden. En in 1941 was hij er opnieuw. Het was een emotioneel afscheid van zijn geboortestad.

Bij de tentoonstelling verscheen een boekje. Er zijn dia’s uit de zeldzame kleurenserie die in 1984 werd teruggevonden.

In een aangrenzende zaal is de expositie ”Nachtmerrie over Nederland” te zien. Daar hangen tekeningen waarin Leo Jordaan zijn afkeer van het nazi-regime trefzeker weergaf. Met gevaar voor eigen leven -zijn atelier bevond zich in dezelfde Amsterdamse straat als het gebouw van de Sicherheitsdienst- tekende hij de bittere realiteit in bezet Nederland. Direct na de bevrijding verschenen de prenten in boekvorm.

Tijdens de opening van de beide tentoonstellingen las Herman Romer voor uit zijn nieuwe boek ”De vlammende stad. Verhalen over de Tweede Wereldoorlog”. Op 1 mei wordt een derde tentoonstelling geopend, ”Rotterdam Geraakt”.

”Zwarte confetti” is tot 28 augustus te bezichtigen in het Schielandshuis, Korte Hoogstraat 31. ”Nachtmerrie over Nederland - Politieke tekeningen van L. J. Jordaan” is er tot 4 september te zien. ”Rotterdam Geraakt” is te bezichtigen van 1 mei tot 20 november.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer