Oorzaak onbegrepen pijn bij kind vaak psychisch
Zes van de tien kinderen met onbegrepen chronische pijn hebben een psychiatrische stoornis. In de meeste gevallen gaat het om angst of depressie. De pijn heeft zelden een lichamelijke oorzaak.
Dat blijkt uit onderzoek van kinderarts in opleiding Yvette Konijnenburg. Op de uitkomsten van haar onderzoek promoveert ze morgen aan de Universiteit Utrecht.
Konijnenburg, die werkzaam is in het Universitair Medisch Centrum Utrecht, onderzocht 145 kinderen met chronische pijnklachten in de leeftijd van acht tot achttien jaar. Bijna de helft van hen klaagde al langer dan drie maanden over spier- of gewrichtspijn, buikpijn of hoofdpijn.
Slechts bij 15 procent van de kinderen vond Konijnenburg een duidelijke lichamelijke oorzaak voor de klachten, zoals een ontsteking of een allergie. Bij 17 procent van de onderzochte kinderen was er mogelijk een lichamelijke oorzaak.
De helft van de kinderen verzuimt door hun klachten geregeld van school en eenderde meldt slaapproblemen. Zes van de tien kinderen doet door de klachten nauwelijks iets aan sport. In dat geval hebben de klachten volgens Konijnenburg bijna invaliderende gevolgen.
Na uitgebreid psychiatrisch onderzoek en een gesprek met de ouders bleek 60 procent van de kinderen te kampen met een psychiatrische aandoening. Vooral angst- en stemmingsstoornissen kwamen voor. Dat is aanzienlijk hoger dan in een gewone groep kinderen, waar dit gemiddeld 15 procent is.
Konijnburg adviseert kinderartsen op grond van haar onderzoek om bij onbegrepen chronische pijnklachten bij kinderen direct te denken aan psychische problemen. „Vaak vertaalt dit soort klachten zich in lichamelijke problemen”, aldus de promovenda.
De oorzaak van de psychische problemen is volgens Konijnenburg moeilijk aan te geven. „Dit soort klachten is goed behandelbaar, maar ze kunnen wel terugkeren.”