Binnenland

Provincies willen af van bemoeienis Rijk

De provincies zijn de soms verregaande bemoeienis van het Rijk meer dan beu. Ze willen dat het nieuwe kabinet een staatscommissie instelt die aangeeft welke extra taken en bevoegdheden zij de komende jaren moeten krijgen om hun werk krachtig en helder te kunnen doen. Ook moet deze commissie adviseren over de nieuwe provinciale indeling van de Randstad.

Binnenlandredactie
26 April 2002 08:00Gewijzigd op 13 November 2020 23:32

Dat schrijven de provincies in een donderdag gepresenteerd manifest. De in het Interprovinciaal Overleg (IPO) verenigde bestuursorganen wensen een nieuw profiel met meer bevoegdheden. „We willen niet langer in de hoek zitten waar de klappen vallen”, aldus IPO-voorzitter en commissaris van de Koningin in Zuid-Holland J. Franssen tijdens de presentatie van het manifest.

De provincies grijpen terug op een recente publicatie van de commissie-Geelhoed, die onder meer de vorming van een Randstadprovincie adviseerde. Ook Geelhoed was het opgevallen „hoeveel maatschappelijke omvrede over de geringe doorzichtigheid van het openbaar bestuur op de huidige bestuurlijke organisatie is terug te voeren. ”

Een versterking van de eigen positie is voor de provincies uitgangspunt. Daarbij wordt gedacht aan een verruiming van het provinciaal belastinggebied en aan meer bevoegdheden. Zo zouden de gedeconcentreerde rijksdiensten heel goed door de provincies kunnen worden overgnomen. Ook vinden de provincies het niet vanzelfsprekend dat veel van de inspectietaken onder de verantwoordelijkheid blijven vallen van rijksdepartementen. In de praktijk leidt dat er nu vaak toe dat de provincies, wanneer gemeenten niet voldoen aan de hun wensen op streekplangebied, niet kunnen ingrijpen, zo gaf Franssen aan.

Volgens hem moeten de provincies een belangrijke rol spelen bij de versterking van de steden, de uitvoering van bereikbaarheidsplannen en het behoud van de groene ruimte. Op deze onderdelen schort er nogal wat aan de manier waarop het Rijk nu haar taken oppakt. „Het poldermodel is een middel, maar sommigen hebben er een dagtaak van gemaakt. Enige verzakelijking kan geen kwaad”, meent Franssen.

Een staatscommissie kan volgens de IPO-voorzitter haar werk in betrekkelijk korter tijd afronden. Hij denkt daarbij aan een periode van hooguit enkele jaren. Als er met het nieuwe kabinet geen duidelijke afspraken gemaakt kunnen worden, heeft volgens hem verder bestuurlijk overleg geen zin meer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer