Binnenland

„Seksuele relatie vraagt duurzaamheid”

De uitkomsten van een grootscheeps onderzoek naar de seksuele activiteiten van jongeren lijken in elk geval één lichtpuntje te bieden. De gemiddelde leeftijd waarop jongeren voor het eerst geslachtsgemeenschap hebben -net 15 jaar oud- is niet verder gedaald. Wel ontplooien jongeren vaker seksuele activiteiten. Seksuoloog Wagenaar: „Ook christelijke jongeren zijn seksueel actiever dan de gemiddelde ambtsdrager denkt.”

Jacob Hoekman
17 March 2005 09:06Gewijzigd op 14 November 2020 02:20

Een voor sommigen minstens even positieve uitkomst van het onderzoek ”Seks onder je 25e” is dat het gebruik van voorbehoedmiddelen toeneemt. „Wat betreft de seksuele risico’s staat het er niet zo slecht voor”, zegt Suzanne Meijer van Soa Aids Nederland. Meijer, als coördinator nauw betrokken bij het grootste onderzoek naar seksualiteit onder jongeren sinds 1995, wil geen waardeoordeel hechten aan de uitkomsten. „Wat wij belangrijk vinden, is te zien hoe jongeren zich beschermen. Vergeleken met 1995 is er duidelijk een verbetering waarneembaar.”

Uit gesprekken met verschillende betrokken organisaties leek het beeld te ontstaan dat jongeren gemiddeld nog eerder dan tien jaar geleden voor de eerste keer geslachtsgemeenschap hadden, zegt Meijer. Dat bleek niet zo: de wijzer voor „de eerste keer” bleef, evenals in 1995, steken op 15,1 jaar bij jongeren tussen de 12 en 18 jaar. In de onderzochte groep als geheel, jongeren tussen 12 en 25 jaar, ligt die leeftijd anderhalf jaar later.

Bij de organisatie Soa Aids Nederland ligt de nadruk op voldoende seksuele voorlichting aan jongeren. Die voorlichting is breder dan alleen het „promoten van de condoom”, zegt Meijer. „Ons uitgangspunt is dat jongeren pas een seksuele relatie aangaan als ze daaraan toe zijn, of ze nu 14 of 24 zijn.”

Juist op seksueel gebied willen jongeren niet voor elkaar onderdoen. U gelooft niet in kuddegedrag?
„Ik geloof zeker dat meeloopgedrag bestaat. Uit nadere bestudering van de gegevens die nu naar buiten zijn gekomen, kunnen we straks beter inschatten wat de invloeden van de sociale omgeving zijn. Het kan zijn dat we, afhankelijk van de onderzoeksresultaten, meer het accent gaan leggen op de vraag hoe je bestand blijft tegen sociale druk.”

Seksuoloog drs. P. M. Wagenaar van de gereformeerde instelling voor geestelijke gezondheidszorg Eleos is het niet eens met Meijer dat de leeftijd van een jongere niets zou uitmaken voor zijn seksuele activiteiten. „Als je alleen kijkt naar de seksuele rijping, zal het vaak zo zijn dat jongeren op 14-jarige leeftijd seksuele activiteiten kunnen ontplooien. Maar een seksuele relatie veronderstelt veel meer. Daar komt duurzaamheid bij kijken, een relatie voor het leven willen aangaan. Wil of kun je dat niet, wat ik me bij een 14-jarige goed kan voorstellen, dan moet het ook geen optie voor je zijn. Er zijn nog andere motieven dan alleen ’er aan toe’ zijn.”

Dat het gebruik van voorbehoedmiddelen de afgelopen jaren aanzienlijk is toegenomen, heeft een positieve kant, vindt Wagenaar. „Dan heb je het over de preventie van tienerzwangerschappen met een mogelijke abortus als gevolg. Op die manier is wel de barrière voor jongeren om het niet te doen, lager geworden. En er vallen nog wel meer kanttekeningen te plaatsen vanuit bijbels-ethisch oogpunt.”

Het valt de seksuoloog op dat in voorlichtingscampagnes in Nederland noties als trouw en seksuele onthouding vaak onderbelicht blijven, vergeleken met een land als de Verenigde Staten. „Natuurlijk spelen de christelijke wortels van dat land daarbij een rol, maar niet alleen. De gedachte leeft daar veel breder dat een jongere niet te vroeg moet beginnen met een seksuele relatie. Dat hoor ik in Nederland niet zo veel.”

Onder christelijke jongeren is het beeld positiever dan vanuit het onderzoek wordt geschetst, denkt Wagenaar. „Ik heb de indruk dat jongeren uit de gereformeerde gezindte op seksueel gebied terughoudender zijn, maar niet in de mate als vaak gedacht wordt. Christelijke jongeren zijn seksueel actiever dan de gemiddelde ambtsdrager denkt.”

Ook directeur J. H. Mauritz van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) krijgt soms signalen dat er in reformatorisch Nederland „best wat aan de hand” is. De organisatie is bezig met een eigen onderzoek naar de vraag wat jongeren van huis uit meekrijgen over seksualiteit. „We stuiten op reacties die zorgen baren. Over het gebruik van voorbehoedmiddelen voor het huwelijk bijvoorbeeld denkt een aantal jongeren behoorlijk genuanceerd. Of dat alleen een mening is of dat het ook gepraktiseerd wordt, weet ik niet. Maar als een meisje van 15 een hele avond uitgaat met haar vriend van 18 en het raar vindt dat ze om 24.00 uur thuis moet zijn, baart me dat zorgen. Een wereldse leefwijze bij jongeren werkt door, ook in het denken over seksualiteit.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer