UWV: fouten bij vaststellen Wajong, financiële gevolgen beperkt
Het UWV heeft fouten gemaakt bij het vaststellen van Wajong-uitkeringen, voor mensen die voor hun 18e door ziekte of handicap niet of onvolledig kunnen werken. Dat bevestigt de uitkeringsinstantie na berichtgeving van het AD en EenVandaag. Desondanks ziet het UWV „geen aanleiding dat er veel fouten met financiële gevolgen voor mensen worden gemaakt”.
De uitkeringsinstantie heeft een steekproef uitgevoerd in het kader van een evaluatie van een nieuwe werkwijze. Dat gebeurde op 110 dossiers: in 58 procent van de gevallen was de berekening juist, maar in 10 procent van de gevallen was er zeker een fout gemaakt. Het UWV geeft aan dat de focus de afgelopen tijd lag op het verkorten van de wachttijd. Op die manier wilde de instantie mensen sneller duidelijkheid geven.
Maar het aantal aanvragen voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering stijgt, evenals de complexiteit ervan. „De kwaliteit van de uitvoering van deze beoordelingen is onder druk komen te staan”, laat het UWV weten. Door deze focus hebben er bovendien ook minder controles plaatsgevonden die de kwaliteit van de beoordeling onderzoeken. De uitkeringsinstantie geeft aan daardoor „geen zeker beeld van de vaststelling van de Wajong-aanvragen te hebben”.
Daarom gaat er nader onderzoek plaatsvinden. Meer informatie daarover staat volgens het UWV in een verbeteraanpak, die deze week naar verantwoordelijk minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) wordt gestuurd. Die stuurt later deze week een brief naar de Kamer over de toestand bij het UWV.
Eerder bleek het UWV al jarenlang WIA-uitkeringen verkeerd te hebben berekend. Daardoor hebben mogelijk tienduizenden mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering te weinig of juist te veel ontvangen. De uitkeringsinstantie is nog aan het uitzoeken hoe groot het probleem is en wat er nodig is om de fouten recht te zetten. Daarnaast wordt bekeken hoe de kwaliteit van de beoordelingen kan worden verbeterd, om herhaling te voorkomen.