Binnenland

Lezen wat monnik Caesarius zag

Wie wil weten hoe Nederland er in de latere Middeleeuwen, bijvoorbeeld in de dertiende eeuw, uit zag, zou volgens dr. Ineke van ’t Spijker het boek van Jaap van Moolenbroek ter hand moeten nemen: ”Mirakels historisch” uit 1999.

Tineke van der Waal
11 March 2005 09:33Gewijzigd op 14 November 2020 02:19
<center> VAN ’T SPIJKER</center>
<center> VAN ’T SPIJKER</center>

Van ’t Spijker, dochter van de Apeldoornse kerkhistoricus, is iemand die dit soort tips mag geven: ze heeft zich als historicus in de Middeleeuwen gespecialiseerd en werkt als mediëvist in het Engelse Cambridge.

Van ’t Spijker: „Het mooie van ”Mirakels historisch” is dat je verhalen uit de Middeleeuwen zelf te pakken hebt. Caesarius is een cisterciënzer monnik uit het Duitse Heisterbach, die rond 1220 honderden leerzame verhalen over wonderen en andere merkwaardigheden van zijn tijd te boek stelt. Zijn abdij onderhoudt goede contacten met kloosters in het gebied dat we nu Nederland noemen, en zo tekent hij ruim zestig verhalen op die in deze streken zijn gesitueerd of mensen betreffen die hier vandaan komen.”

”Mirakels historisch” is dus een primaire bron, maar dat betekent volgens Van ’t Spijker niet dat het boek moeilijk te verteren is. „Het zijn meeslepende verhalen, die Van Moolenbroek ook nog eens uitlegt. Ik vind ze een lust om te lezen: Van Moolenbroeks plezier in vertellen evenaart dat van Caesarius.

Al lezend leer je de denkwereld en cultuur in het eerste kwart van de dertiende eeuw in de Nederlanden kennen. Tegelijk vind je er dingen die voor ons heel herkenbaar zijn. Zo is er het prachtige verhaal over twee leergierige Groningse schoolmeisjes: als een van hen ziek wordt, is ze bang dat de ander een voorsprong zal krijgen en wordt ze jaloers. Ze vraagt de lerares -de priorin- ervoor te zorgen dat het andere meisje niet verder leert tot zij weer beter is. De priorin moet erom lachen. De moraal van het verhaal is dat afgunst door liefde bestreden kan worden.

Van Moolenbroek laat je ook zien welke problemen er bij het interpreteren van dit soort bronnen kunnen zijn. Je moet je afvragen welk verhaal voor Caesarius mogelijk model heeft gestaan: een geschiedenis uit de Bijbel of een bepaald wonderverhaal of heiligenleven? En je moet er rekening mee houden dat Caesarius allereerst schrijft voor de jonge kloosterlingen die hij onder zijn hoede heeft. Zijn verhalen staan dus in het teken van het christelijke godsdienstonderwijs en zijn bedoeld om de waarheid van kerkelijke dogma’s te onderstrepen. Je leert hoe hij over bekering, berouw, biecht, verzoeking, visioenen en de eucharistie dacht.”

Tijdens de Boekenweek geven historici leestips voor liefhebbers van vaderlandse geschiedenis. Vandaag: de Middeleeuwen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer