Beljaarts vreest gevolgen noodlijdende Duitse auto-industrie
Minister Dirk Beljaarts van Economische Zaken maakt zich zorgen over de problemen in de Duitse auto-industrie, die grote gevolgen kunnen hebben voor de vele Nederlandse toeleveranciers. Voor concrete hulp vanuit Nederland of de Europese Unie vindt hij het echter nog te vroeg, zei hij na een vergadering met zijn EU-collega’s in Brussel.
„Uiteraard moeten we er alles aan doen om te zorgen dat onze Nederlandse bedrijven zo min mogelijk geraakt worden”, zei Beljaarts.
Duitsland en ook Italië willen dat de EU snel actie onderneemt om de Europese auto-industrie te redden, en er niet eerst jarenlang over praat, hoorde de minister in Brussel. Ook Beljaarts is voor vaart maken, maar niet ten koste van bijvoorbeeld klimaatdoelen en het gebruik van fossiele brandstoffen. Daarover zijn afspraken gemaakt „en daar moeten we ons aan houden”. Er moet volgens hem een manier worden bedacht waarop die afspraken worden gerespecteerd, maar er tegelijkertijd ook voor wordt gezorgd dat het niet te lang duurt.
„Want als we over tien jaar een oplossing hebben dan kan het misschien zomaar eens voor bepaalde merken te laat zijn”, zei Beljaarts.
Ook vindt hij dat Duitsland eerst de problemen goed in kaart moet brengen, aangeven „waar de pijn zit”, uitleggen wat het gevolg is als hulp uitblijft en met een oplossing komen. Pas dan moet er wat Beljaarts betreft op Europees niveau het gesprek over worden gevoerd.
De Duitse auto-industrie verkeert in zwaar weer. Het Volkswagenconcern wordt geconfronteerd met forse financiële tegenvallers als gevolg van zwakke autoverkopen. Het concern overweegt voor het eerst in zijn geschiedenis fabrieken in Duitsland te sluiten. Mercedes en BMW hebben hun winstvooruitzichten voor dit jaar naar beneden bijgesteld.