Coalitiepartijen willen fors hogere limiet op contante betalingen
De coalitiepartijen NSC, PVV en BBB vinden de limiet van 3000 euro voor contante betalingen die het kabinet wil invoeren, „te rigide”. Zij stellen voor in plaats daarvan het plafond vast te stellen op 10.000 euro. De VVD is kritisch over dit alternatief en waarschuwt dat dit gevolgen kan hebben voor de schatkist, omdat Nederland bij afzwakking van de maatregel geld uit Brussel kan mislopen.
Het plan om een grens te stellen aan contante betalingen is al enige jaren oud. De maatregel is bedoeld om witwassen van crimineel geld en financiering van terrorisme tegen te gaan. Inmiddels is er ook een Europese verordening die lidstaten voorschrijft een limiet van maximaal 10.000 euro te hanteren. De drie coalitiepartijen willen daar geen schep bovenop doen.
Het bedrag van 3000 euro is „niet goed onderbouwd en te streng”, zegt NSC-Kamerlid Agnes Joseph. Zij krijgt bijval van PVV’er Henk de Vree. „Waarom zou Nederland de eigen economie onder druk zetten met maatregelen die verder gaan dan waar de EU om vraagt?” De Vree denkt zelfs dat een limiet op contante betalingen „helemaal niets oplost”.
BBB’er Henk Vermeer vreest dat door de maatregel de praktische waarde van contant geld onder druk komt te staan. „Een portemonnee is voor ons een portemonnee waar echt geld in zit”, zegt hij. En dat moet wat hem betreft ook gebruikt kunnen worden voor wat grotere aankopen. Hij oppert om, mocht de grens toch 3000 euro worden, dat bedrag van tijd tot tijd te corrigeren voor de inflatie.
Nederland heeft de limiet van 3000 euro opgenomen in de hervormingsplannen waarmee het aanspraak wil maken op geld uit het Europese coronaherstelfonds. Voert het kabinet die plannen niet uit, dan kan dat leiden tot een korting van 600 miljoen euro, waarschuwde toenmalig minister Steven van Weyenberg (Financiën) dit voorjaar.
NSC, PVV en BBB betwijfelen of Brussel echt zo streng zal zijn, maar VVD-Kamerlid Aukje de Vries neemt het risico liever niet. Zij wijst erop dat er meer terreinen zijn waarop de nieuwe coalitie hoopt op coulance in Brussel, zoals stikstof en migratie. Daarnaast zijn er al meer onderdelen van de Nederlandse hervormingsplannen die de coalitie wil schrappen, zoals rekeningrijden.
Ook oppositiepartijen zijn kritisch. „3000 euro is toch best een aardig bedrag”, vindt D66-Kamerlid Hans Vijlbrief, die zich bovendien afvraagt waar „het zelfvertrouwen van de coalitie richting Brussel” op gebaseerd is. Ook Tom van der Lee van GroenLinks-PvdA is er zeker van dat het voorstel „groot geld” gaat kosten en wil weten hoe de partijen dat gat op denken te gaan vangen.