CDA Brabant probeert op valreep van stallendeadline af te komen
Het CDA in Noord-Brabant probeert op de valreep nogmaals om de deadline van tafel te krijgen waarop veel Brabantse boerenbedrijven zouden moeten voldoen aan strengere eisen voor de uitstoot van stikstof. „1 juli is een onmogelijk deadline met verstrekkende gevolgen voor familiebedrijven”, vindt Statenlid Tanja van de Ven. Zij heeft een verzoek ingediend om vrijdag een interpellatiedebat te houden over de kwestie.
Van de Ven weet dat de aanpassingen aan de stallen weliswaar op 1 juli gereed moeten zijn, maar dat kan niet omdat er bij de provincie nog steeds een stapel vergunningaanvragen ligt. „Door nalatigheid bij de provincie kunnen veehouders dus niet aan de regels voldoen”. Zij wijst er ook op dat onlangs in een tiental gemeenten moties zijn aangenomen met zorgen over de zogeheten stallendeadline op 1 juli. En zij wil nu weten hoe de provincie daarop gaat reageren.
Het CDA-Statenlid ziet een brief van Alex Datema, directeur food & agri Rabobank, als steun. Datema heeft het provinciebestuur laten weten dat hij problemen voorziet, omdat een deel van zijn klanten vanaf maandag niet de juiste vergunningen heeft. Dat zou ook verdere verduurzaming van de landbouw belemmeren. „Voor een bank is het essentieel dat vergunningen juridisch houdbaar zijn. Voldoen aan een wettelijk kader is voor een bank immers een voorwaarde om aan een onderneming een financiering te kunnen verstrekken of continueren”, stelt Van de Ven. Zij vraagt zich ook af hoeveel vergunningen de provincie inmiddels positief heeft beoordeeld.
Veel veehouders in Brabant moeten vanaf 1 juli een vergunning hebben aangevraagd om de uitstoot van stikstof van hun stallen te verminderen. Melkveehouders en kalverhouderijen kunnen dat ook in 2025 nog doen. Gedeputeerde Wilma Dirken (stikstof) wees er eerder op dat de provincie niet in de positie is om nog een paar jaar te wachten met maatregelen. „Het stikstofprobleem in Brabant is niet hetzelfde als in andere provincies. Daarom is in 2017 vastgelegd hoe we het wilden aanpakken”, zei Dirken eerder in Provinciale Staten.
De provincie schat dat enkele honderden bedrijven geen aanvraag hebben gedaan. Na 1 juli gaat de provincie langs bij veehouders die nog geen vergunning hebben aangevraagd om te kijken wat er aan de hand is. Bedrijven kunnen bijvoorbeeld ook minder dieren zijn gaan houden of besloten hebben te stoppen.