Omgerekend honderden agenten bezig met verward gedrag
De tijd die politieagenten kwijt zijn aan meldingen over verwarde personen, staat gelijk aan zeker vierhonderd fulltime banen. Dat zegt Monique Vogelzang, die als topambtenaar bij het ministerie van Justitie en Veiligheid over de politie gaat, tijdens een bijeenkomst in de Tweede Kamer. Vorig jaar kreeg de politie 140.000 meldingen, waarmee telkens twee agenten minstens twee uur bezig zijn. „Dat is de hele politieformatie in drie middelgrote steden.”
Ook de zogeheten Dienst Speciale Interventies wordt volgens Vogelzang steeds vaker ingezet voor gevallen van verward gedrag. „Zij zijn opgeleid om terroristen uit te schakelen, maar vorig jaar kwamen ze meer dan zestig keer in actie bij zorgcasussen en mogelijke suïcidepogingen.” Al met al noemt de hoge ambtenaar de politie-inzet voor verwarde mensen „veel te hoog”.
Een kleine groep mensen veroorzaakt een groot deel van de meldingen, blijkt uit cijfers die betrokkenen met de Tweede Kamer hebben gedeeld. Iets minder dan 10.000 mensen zitten achter meer dan tien meldingen.
Een nog kleinere groep van naar schatting 1500 mensen is mogelijk gevaarlijk. Allerlei problemen komen bij hen „op een heel heftige manier bij elkaar”, zegt Wouter Dronkers, ook van het ministerie van Justitie en Veiligheid. De overgrote meerderheid heeft een psychische stoornis, ongeveer twee derde is verslaafd en bijna 40 procent heeft last van psychoses.
SGP-Kamerlid Diederik van Dijk vraagt zich af of het nuttig kan zijn om speciale politieteams op te richten om met verwarde mensen om te gaan. Vogelzang ziet daar weinig in. „Voor ons is het echt noodzaak om de hele last überhaupt te verminderen.” De topambtenaar denkt eerder aan betere samenwerking met zorgverleners en sociaal werkers.