Zorginstituut: codeïne alleen nog vergoeden bij ernstige diarree
Het Zorginstituut Nederland vindt dat het medicijn codeïne alleen nog via het basispakket moet worden vergoed bij ernstige diarree die minstens twee weken duurt of die vaak terugkeert. „Codeïne hoort niet langer in het basispakket thuis voor de verlichting van hoest, pijn of kortdurende diarree”, concludeert het. Als we de vergoeding voor toepassing bij die ongemakken schrappen, kunnen we zo’n 11 miljoen euro per jaar overhouden voor andere zorg.
Codeïne is geen „noodzakelijk te verzekeren” zorg voor de verlichting van hoest, pijn of acute diarree, aldus het instituut. „De ziektelast is zeer laag en de kosten van een kortdurende behandeling zijn dusdanig gering dat ze voor eigen rekening kunnen komen. Gemiddeld betaalt iemand 22 euro per jaar.”
Bij acute diarree is een behandeling met medicatie meestal niet eens nodig. Het is ook niet wetenschappelijk aangetoond dat behandeling met codeïne leidt tot de verlichting van hoest- of pijnklachten, terwijl iemand wel last kan krijgen van bijwerkingen, legt het instituut verder uit.
In 2022 was de samenleving voor 20 miljoen euro aan codeïne kwijt. Als het advies van het instituut wordt gevolgd, zal dat zo ’n 11 miljoen schelen, verwacht de organisatie zelf. „Voor dit bedrag kunnen bijvoorbeeld de jaarlijkse zorgkosten worden vergoed van ongeveer 185 verpleegkundigen.”