Niet-gecontracteerde zorg wordt duurder voor patiënt
De vergoedingen voor diensten van een zorgverlener waarmee de zorgverzekeraar geen contract heeft, worden verlaagd. Een wetsvoorstel van demissionair zorgminister Conny Helder dat dit moet regelen, is vrijdag naar de Tweede Kamer gestuurd. Met deze maatregel wil de minister verzekerden stimuleren om gebruik te maken van gecontracteerde zorg en zorgaanbieders aanmoedigen om contracten te sluiten met zorgverzekeraars.
Het contracteren van zorg ziet het kabinet als een belangrijk middel om zorg voor iedereen in Nederland goed, toegankelijk en betaalbaar te houden.
Het wetsvoorstel treft alleen mensen die een zogeheten naturapolis hebben. Dat is een polis waarbij de patiënt kan kiezen uit zorgaanbieders waarmee zijn verzekeraar een contract heeft afgesloten. Verzekerden mogen een andere zorgverlener kiezen, maar de zorgverzekeraar mag dan een lagere vergoeding geven. Mensen met een restitutiepolis kunnen zelf hun zorgverlener blijven kiezen.
Het wetsvoorstel regelt dat zorgverzekeraars de vergoeding meer mogen verlagen dan ze eventueel nu al doen, maar er geldt wel een ondergrens. De vergoeding mag niet zo laag zijn dat een patiënt daardoor wordt verhinderd om voor een aanbieder te kiezen die geen contract met de zorgverzekeraar heeft. Wel mag de patiënt via een lagere vergoeding worden „geprikkeld” om te kiezen voor gecontracteerde zorg.
Dat is nu al de ongeschreven regel, maar wordt nu wettelijk vastgelegd.
Ook met de nieuwe wet staat het zorgverzekeraars in de meeste gevallen vrij de hoogte van de vergoeding te bepalen, mits die ondergrens in acht wordt genomen. Wel kan het ministerie voor bepaalde sectoren de hoogte van de vergoeding vaststellen. Het overweegt dat te gaan doen voor de wijkverpleging en (delen van) de geestelijke gezondheidszorg (ggz). Ook voor het ministerie geldt die ondergrens.