Parkeervergunning in twee op drie gemeenten duurder dan in 2021
Mensen die een vergunning nodig hebben om hun auto in de buurt van hun woning te parkeren, betalen daar vaak meer voor dan een paar jaar geleden. In zes van de tien gemeenten met een parkeervergunninggebied zijn de kosten sinds 2021 gestegen. De prijs van een parkeervergunning verschilt sterk per gemeente.
Dat blijkt uit een analyse van het ANP, dat voor alle gemeenten achterhaalde of bewoners op dit moment een parkeervergunning nodig hebben. De cijfers zijn vergeleken met die van 2021, toen het ANP dit onderzoek ook al uitvoerde.
Dit jaar hebben 147 van de 342 gemeenten minstens één gebied waarvoor een parkeervergunning nodig is. Sommige gemeenten hebben meerdere vergunningszones met verschillende prijzen. In die gevallen is gekeken naar het jaartarief van de duurste parkeervergunning. Gemiddeld steeg het tarief van de duurste vergunning met bijna 9 procent.
Autobezitters die in het centrum van Heerenveen wonen moeten dit jaar flink meer betalen dan in 2021. De Friese gemeente heeft de kosten meer dan verdubbeld, van 45 euro per jaar in 2021 naar 100 euro dit jaar. De gemeente zegt dat dit komt, doordat er in de voorgaande jaren geen verhoging is geweest. Dit jaar is voor een „kostendekkende verhoging in één keer” gekozen.
Na Heerenveen steeg het tarief voor de duurste parkeervergunning het sterkst in Nijkerk (bijna 72 procent meer), Lochem (55 procent), Rijswijk (ruim 52 procent), Den Haag (bijna 45 procent) en Gouda (ruim 44 procent).
De duurste parkeervergunning is voor autobezitters die binnen de Singel in het centrum van Amsterdam wonen. Zij betalen dit jaar 630 euro. In 2021 was dit nog 568 euro, een stijging van 11 procent. Daarna zijn centrumbewoners van Utrecht (615 euro) en mensen in de binnensteden van Groningen (370 euro) en Den Bosch (368 euro) het meeste geld kwijt.