Dit maakte topman R. Hertrich van EADS, het consortium dat de Eurofighter Typhoon bouwt, vrijdag duidelijk op een persconferentie om het aanbod aan de Nederlandse regering toe te lichten. EADS voert campagne om Nederland bij de Eurofighter te betrekken, zodat dit type vanaf 2010 de ruim honderd Nederlandse F-16’s zal opvolgen.

Het kabinet zal hier naar verwachting nog deze maand een eerste besluit over nemen. De Nederlandse industrie en de luchtmacht hebben een voorkeur voor de Amerikaanse Joint Strike Fighter (JSF), die door Lockheed Martin zal worden gebouwd. De Eurofighter, gebouwd door bedrijven uit Spanje, Italië, Groot-Brittannië en Duitsland, is de enig overgebleven serieuze concurrent.

Het kabinet heeft ongeveer 12 miljard gulden gereserveerd voor de opvolging van de F-16. Het gevecht om dit geld begon ongeveer twee jaar geleden serieuze vormen aan te nemen toen de regering besloot 200 miljoen gulden aan het bedrijfsleven beschikbaar te stellen om zich te kunnen kwalificeren voor deelname aan de ontwikkeling van de JSF. Zelf stak de industrie circa 100 miljoen in deze voorfase.

EADS probeert nu te bewijzen dat deelname in het Eurofighter-project minstens net zo interessant is voor Nederlandse bedrijven als Philips, TNO en Fokker Aerospace. Het orderpakket van 15 miljard waar het consortium mee schermt bestaat onder meer uit deelname bij de ontwikkeling en productie van nieuwe Airbus-burgervliegtuigen (4,4 miljard), het nieuwe lichte gevechtsvliegtuig MAKO (2,2 miljard), de Eurofighter zelf (5 miljard) en diverse helikopter- en ruimtevaartprojecten.

Hertrich wilde geen uitspraak doen over de kans dat Nederlandse bedrijven dergelijke contracten sowieso wel binnen zouden slepen. Hij wees echter wel op de open concurrentie die er anders is voor deze miljardenorders.