Het Openbaar Ministerie (OM) eiste daarom drie maanden cel voorwaardelijk en een werkstraf van 120 uur tegen de vrouw. Ze handelde uit een „obsessieve religieuze gedrevenheid”, staat in een psychiatrisch onderzoek. Het onderzoek naar de motieven van de vrouw is gedaan na een eerste rechtszaak bij de politierechter in Zwolle vorig jaar. De zaak ging maandag verder.

De gedragsdeskundige constateert dat de vrouwelijke rechercheur sterk is geïnteresseerd in de Joodse gemeenschap. Zij bezoekt sinds haar negentiende de synagoge en leeft koosjer volgens de wetten van de Tora.

Omdat haar collega’s bij het IRT-kernteam Noordoost Nederland in Nijverdal volgens de vrouw vaak antisemitische opmerkingen maakten, vreesde zij voor een nieuwe jodenvervolging of zelfs een Derde Wereldoorlog. De ex-rechercheur verklaarde tegen de forensisch deskundige, dat zij daarom vertrouwelijke gegevens van Joodse personen in de IRT-bestanden had verduisterd. De vrouw beriep zich tijdens de zitting op haar zwijgrecht.

In de periode tussen april en december 1998 kopieerde ze meerdere malen gegevens op diskettes, printte deze uit en nam ze mee naar huis. De verduistering kwam in 2000 aan het licht na een inbraak in haar eigen woning, waarbij de diskettes zijn bekeken. Zij is daarna verhoord over de informatie die daar op stond en werd later aangehouden.

Het lezen van de diskettes is volgens de verdediging niet rechtmatig gebeurd. De vrouw had wel toestemming gegeven voor huiszoeking, maar pas nadat de computer al was weggehaald, betoogde advocaat D. Moszkowicz. Hij vond dat het OM niet-ontvankelijk moest worden verklaard wegens het schenden van de privacy.

De politierechter doet op 6 mei uitspraak.