De Jonge: invoering Omgevingswet tot nu toe ‘rustig en stabiel’
Het eerste kwartaal na de invoering van de Omgevingswet is „over het algemeen rustig en stabiel verlopen”. Dat schrijft demissionair minister Hugo de Jonge (Binnenlandse Zaken) woensdag in een brief aan de Tweede Kamer. Bijna vierhonderd tekortkomingen zijn gemeld, die „(enige) hinder” voor gebruikers opleverden, maar volgens de minister heeft dat de vergunningverlening niet erg geraakt.
De Omgevingswet is een enorme wetgevingsoperatie die allerlei regels rond de leefomgeving bij elkaar veegt. Sinds de invoering op 1 januari kunnen burgers en bedrijven in veel gemeenten terecht bij een digitaal loket voor allerlei zaken zoals vergunningen. Tot aan 1 januari waren er grote zorgen dat de wet zou uitlopen op een ICT-debacle.
In de eerste voortgangsbrief sinds de invoering van de Omgevingswet doet De Jonge opnieuw zijn best de zorgen weg te nemen. Dat er problemen naar boven komen, noemt de minister „niet ongebruikelijk”, en hij schrijft dat ze „adequaat” zijn opgelost. Een speciaal crisisteam dat klaarstond voor problemen rond de Omgevingswet heeft „geen calamiteiten hoeven afhandelen”.
In de afgelopen maanden is het landelijke digitale systeem twee keer getroffen door een DDoS-aanval, pogingen om de servers plat te leggen met grote hoeveelheden aanvragen. Die aanvallen zijn volgens De Jonge „adequaat opgevangen” met als gevolg een „minimale impact” op gebruikers.
Een deel van de gemeenten maakt nog steeds gebruik van „tijdelijke alternatieve maatregelen” om niet op het nieuwe systeem te hoeven overstappen. Om hoeveel gemeenten het precies gaat, is niet bekend. Op dit moment hebben die gemeenten een jaar om alsnog de overstap te maken, maar De Jonge overweegt om de deadline uit te stellen.